Het eerste geval betreft een vrouw van 29 jaar, vroeger altijd gezond, die van haar ode kind was bevallen. Dat kind was vijf dagen voor den partus gestorven. Daarna trad pijn op inde rechter zijde en urine-bezwaren van voorbijgaanden aard. Klinisch werd, retroperitoneaal, een vuistgroote tumor gevonden onder den rechter ribbenboog, die tot navelhoogte reikte. De diagnose schommelde tusschen een nier-tumor en een retroperitoneaal infiltraat. De urine, dagelijks onderzocht, bleek steeds normaal te zijn. Ka centrifugatie konden enkele vormelementen worden aangetoond. Cystoscopie gaf een negatief resultaat; de uit de ureteren opgevangen urine vertoonde geen verschil tusschen rechts en links. De temperatuur, die een pyaemisch karakter vertoonde, klom tot 39°, 40° ja tot 41°. Het eenige wat op stoornis van den kant van de nier wijzen kon was de groote hoeveelheid urine: 1300, 1500, eens zelfs 2500 gr. inde 24 uur bij hooge temperatuur. Er werd tot ingrijpen besloten. De tumor, door lumbaalsnede blootgelegd, bleek de vergroote nier te zijn, blauwrood van kleur en zoo bros, dat hij van den hilus afscheurde. Het nierweefsel was oedernateus, vol kleine abscessen. Het nierbekken was normaal. Ka de nephrectomie trad dadelijk beterschap in. De patiënte herstelde volkomen. De nier wordt door spreker vertoond. Het tweede geval betrof eene patiënte, die eveneens pyaemische temperatuur vertoonde. Hier was eenige aanwijzing van den kant van het urine-apparaat. Er waren nl. lichte verschijnselen van cystitis. Inden top van de blaas werd een ulcus gevonden. Geen tuberkelbacillen. De urine uit de beide ureteren opgevangen, bleek bijna normaal. Deze patiënte had slechts eenmaal wat pijn inde zijde gehad. Zij vertoonde eveneens polyurie en wel in nog sterker mate: 1800, 2100, 2500, eindelijk 3000. Ook hier werd de rechter nier blootgelegd en gezwollen, oedernateus bevonden. De nier werd met de sectiesnede geopend. Het nierbekken bleek volkomen normaal. Duidelijke abscessen waren hier niet aanwezig, wèl kleine prominenties, die bij mikroskopisch onderzoek (Dr. Tendeloo) uit etterintiltraatjes bleken te bestaan. Deze nier kon conservatief behandeld worden. De patiënte is nu gezond. De derde patiënt werd opgenomen met bloedingen na abortus. Er was getamponneei d inde stad en patiënte had hooge koorts. Er bestond een zware infectie van den uterus. Verwijderde men de tampons, dan trad er bloeding op. Tamponneerde men. dan steeg de temperatuur. De uterus werd per vaginam verwijderd. De vrouw bleef febriciteeren. Er was een absces in het parametrium ontstaan, dat inde

64