longproces voort; de ademnood werd zoo hevig, dat men den eivliessteek verrichtte. Aanvankelijk gevoelde de vrouw zich verlicht, maar tien weken later stierf zij. Het kind bleef inleven, ofschoon klierachtig. De poging, verlichting aan de vrouw te verschaffen, kan natuurlijk hier niet worden afgekeurd. De uitkomst is echter dezelfde geweest als inde meerderheid van dergelijke gevallen. k. lip. In het begin der zwangerschap bloedspuwing (vroeger geen (?) verschijnselen). De vrouw leed aan niet te bedwingen braken en had daarbij verhoogde temperatuur; de algemeene toestand ging achteruit, en daarom werd inde zevende maand de haring in gang gebracht. Het kind, 2000 gram, bezweek na een paar uren. De vrouw braakte daarna niet meer, maarde longziekte bleef toenemen en veroorzaakte na een maand den dood. Voor dit geval gelden dezelfde opmerkingen als voor het voorafgaande. l. 1. A. 226. VI p. Sedert twee jaren actieve, voortschrijdende tuberculose. Het gewicht bedroeg in Dec. 1910 60.5 K.Gr., nam in het begin der zwangerschap af, doch steeg weder tot eind Januari, om weder te verminderen tot 56.2 K.G. in Maart 1911. Ook was de temperatuur verhoogd. Er werd daarom vroeggeboorte opgewekt, waarna echter de avondtemperaturen veel hooger werden. Ha veertien dagen was de vrouw overleden. Het kind, 2500 gram, bezweek op den leeftijd van zeven maanden aan maagdarmziekte. Indien men voortschrijden der tuberculose als een goede aanwijzing beschouwt voor kunstmatige vroeggeboorte, is de behandeling hier juist geweest, ofschoon zij geen baat heeft gegeven. Men zou kunnen beweren, dat de zwangerschap veel eerder had moeten worden afgebroken. Men ziet echter uit de mededeeling omtrent het lichaamsgewicht, dat dit zich hier juist zóó gedroeg, dat men in het begin op een gunstigen loop mocht rekenen. Acht gevallen, waar het afbreken der zwangerschap werd overwogen, maar niet ten uitvoer gebracht. aa A. 26. Ha een bevalling werd de vrouw al zwakker en zwakker, en twee jaren later werd duidelijk tuberculose gevonden (bacillen -j-). Een ligkuur bracht verbetering en met een paar maanden werd de vrouw zwanger. De geneesheer stelde haar toen voor de keus: „abortus opwekken of voortzetten der ligkuur”! Zij verkoos het laatste, nam nu sterk in gewicht toe, maarde longverschijnselen werden ernstiger. Thans wenschte de arts tot het opwekken van miskraam over te gaan, maar wederom weigerde de vrouw: zij beviel op tijd vaneen flink kind. Inde laatste maanden der zwangerschap was de ziekte tot stilstand gekomen. Het zoogen werd zeer ernstig

107