Typisch Groningse styl uit vervlogen dagen. Sierlijkheid wedijvert met degelijkheid. De stoep van het commissariaat van politie aan de Ossemarkt.

Links: De waardige ingang van het huis Sichterman op de Ossenmarkt. Rechts: Monumentale afsluiting van een brandgang in Schoolholm

Ik ben met Groningen getrouwd

MOOI Groningen uit de oude doos, uit het rijke verleden, toen men er nog geen been inzag om een paar weken langer aan een project te werken opdat hetgeen onderhanden was, maar de toets der critiek, der kunstzinnigheid zou kunnen doorstaan. Men bouwde immers niet alleen voor vandaag en morgen, maar ook voor over vijftig, honderd en meer jaren. De Hollandse degelijkheid en soliditeit, die onze faam tot ver over onze grenzen hebben uitgedragen, hebben ervoor gezorgd dat we thans nog van veel mooie dingen, van veel mooie bouwwerken kunnen genieten. Helaas heeft de jongste wereldoorlog veel wat we graag hadden willen behouden, verloren doen gaan. Het is een schrale troost dat wij in Groningen in ons verlies niet alleen staan!

Mooi, oud Groningen. Hoe anders was je, dan je nu bent, met je kazernewoningen en straten

zonder eind ook al zien we overduidelijk de

gebreken van die goede, oude tijd, met zijn weinig comfort in de woningen. Toch zouden we in meer dan een opzicht, de oude bouwstijl terug verlangen, die een eigen cachet heeft gegeven aan iedere stad. Groningen was mooi.

Lees hoe de dichter Herman Poort dat heeft gezegd: „Aldus bemin ik Groningen, als een kind zijn moeder, maar ik bemin haar ook als een man de uitverkoren vrouw zijns levens. Ronduit gezegd, ik ben met Groningen getrouwd, en ik kan mij geen beter huwelijk denken. Haar degelijke rust houdt mijn wankele lichtzinnigheid binnen zeer gepaste grenzen; zij dekt mijn frivole artisticiteit met de keurig-zwarte toga van een soort maatschappelijke waardigheid, als een goede echtegenote suggereert zij mij gedurig tot de voze illusie, dat „my home my castte" is; daardoor gevoel ik mij bij haar veilig, ik ben bij haar „thuis" en als de wrede wereld elders mij wonden heeft geslagen, vlucht ik terug tot de warmte van haar hart en ben genezen. Ik verzeker U in alle oprechtheid dat ik Groningen liefheb op velerlei goede wijzen. Ik bemin de brede straten en ruime pleinen, de Grote Markt