DE INSPIRATIE

mensch gevoelt zich een schakel der eeuwigheid.

i J Pi* begrip eeuwigheid is een met onze zintuigen en intelligentie moeilijk te omvatten iets en daarom moet het gevoel hem dit bijbrengen. En omdat een mensch aan het tijdelijke gebonden is in dit leven en hij de duur er van beseft, wordt in hem de neiging geboren zich aan deze eeuwigheid te binden tijdens zijn leven. Het is velen menschen gegeven dit in gedachten te doen, het is slechts enkelingen gegeven dit te verwerkelijken. Deze enkelingen bezitten het vermogen zich zoo intensief en met hun geheele wezen in deze gedachtenwereld te verdiepen, dat deze intensiteit aanleiding kan zijn tot een schepping, welke zij dan, op voorwaarde van het beschikken over de techniek, die daarvoor noodig is, kunnen verwerkelijken. Zij brengen dus iets van het eeuwige, dat in hen levend is tot een uiting, die met intellect en zintuigen is waar te nemen. Deze uiting is dan een verbeelding van de werkelijkheid, die in hen leeft.

We noemen deze werkzaamheid van intellect en ziel van deze uitverkorenen „inspiratie". Ik kan deze term niet nauwer omschrijven, elke omschrijving er van moet in vaagheden vervallen, omdat zij zich begeeft op het gebied van de eeuwigheid of men kan ook zeggen van het goddelijke: het voor ons gesloten gebied.

Wel kan men spreken over het inspireerende, de geïnspireerde, het geïnspireerde.

Ik wil met U deze drie factoren nagaan voor zoover het den bouwmeester aangaat.

Het inspireerende.

Een oud woord zegt: „Het juist stellen van een vraag sluit het antwoord reeds in". Dit is het inspireerende voor den bouwmeester: „De opdracht", want deze opdracht is de vraag, die door den bouwmeester moet worden beantwoord. Op hoeveel verschillende manieren kan deze vraag gesteld worden en op evenveel verschillende manieren kan het antwoord zijn. Niet alleen het gesproken of geschreven woord van de opdracht speelt daarin een rol, maar ook en vooral de geestelijke gesteldheid van den opdrachtgever, hetzij persoon of besfuurslichaam..

Hiervan wil ik U een paar grootere en kleinere voorbeelden geven:

De eerste Christelijke kerken, die los van de Romeinsche-rijksgedachte tot stand kwamen, de prachtige vroeg-Christelijke en Romaansche kerken, die we zoovele in Frankrijk en ook in Italië verspreid vinden, zijn duidelijk van een grondgedachte van een-