(art. 288 B. W. in fine); bij voorbeeld een brief van de moeder aan of over haar kind.

Geschiedt de aangifte van een natuurlijk kind door derden; dé erkenning kan alleen door de moeder- zelve worden gedaan.

En op welke wijze ?

Art. 281 B. W. antwoordt:

„Het erkennen van een natuurlijk kind kan door alle authentieke akten geschieden, wanneer zulks niet reeds bij de akte van geboorte, of ter gelegenheid van het aangaan des huwelijks gedaan is.

Zoodanige erkenning kan ook plaats hebben door eene akte, bij den ambtenaar van den Burgerlijken Stand opgemaakt en in het register van geboorte, volgens hare dagteekening, ingeschreven. Van die erkenning moet worden melding gemaakt op den kant van de akte van geboorte, zoo die aanwezig is.

Indien de erkenning van het kind bij eene andere authentieke akte is gedaan, kan ieder belanghebbende vorderen, dat daarvan worde melding gemaakt op den kant der akte van geboorte.

In geen geval kan het verzuim der aanteekening van eene erkenning op den kant der geboorteakte aan het erkende kind worden tegengeworpen, ten einde zijnen verkregen staat te betwisten."

En wat is het gevolg eener erkenning ?

Hat zegt ons art. 280 B. W.:

„Door het erkennen van een natuurlijk kind worden burgerlijke betrekkingen geboren tusschen dat kind en zijnen vader of zijne moeder."

„Erkenning" is de conditio sine qua non om toepassing te

dergelijk gesticht, een kind ter wereld brengt; niemand heeft alsdan het recht, om, hetgeen de moeder verbergen wil, aan den dag te brengen; terwijl het onderzoek, wie zijne eigenlijke moederiê, alleen aan het kind is veroorloofd, ingevolge art. 288, behoudens de uit. zondering vermeld in art. 289 B. W. zie Mr, Vaillant blz. 141 en 142 aangehaald door Mr. Tollens. . De Indische Secretaris 2e druk pag. 450 in een noot.