tant mocht worden veroordeeld, toe te passen op de individueele leden der gedaagde fiarina, en zulks voor het bedrag der schade, tot betaling waarvan zij eventueel zal moeten worden veroordeeld; en eindelijk de gedaagde nog in de kosten van het rechtsgeding is veroordeeld ;

O. dat de gedaagde, zich met dit vonnis bezwaard gevoelende, daarvan binnen den wettelijken termijn is gekomen in hooger beroep en onder aanvoering van hare grieven voor eisch in appèl heeft geconcludeerd :

dat het den Hove moge behagen te ontvangen het appèl, te niet te doen het vonnis van den Raad vau Justitie te Soerabaja, op Woensdag 8 November 1893 tusschen partijen gewezen, waarvan appèl, en doende wat die rechtbank had behooren te doen, alsnog den geïntimeerde met zijnen bij introductieve dagvaarding gedanen eisch en diensvolgens genomen conclusien nietontvankelijk te verklaren, hem die immers in elk geval te ontzeggen en hem te veroordeelen in de kosten van het geding in beide instantien, nader op te maken bij staat en te vereffenen ingevolge de wet;

O. dat de geintimeerde op de door hem aangevoerde gronden het vonnis a quo heeft verdedigd en voor antwoord in appèl heeft geconcludeerd : tot tenietdoening van het appèl en bekrachtiging van het vonnis a quo, met veroordeeling van de appellante alsnog in de kosten van het hooger beroep ;

O. dat partijen vervolgens hare sustenuen bij pleidooi nader hebben toegelicht, waarna de nederlegging der stukken ter tafel is gelast en de uitspraak is bepaald ;

Ten aanzien van het recht:

O. in de eerste plaats wat betreft het door de thans appellante (oorspronkelijk gedaagde) in appèl opnieuw opgeworpen middel van nietontvankelijkheid der onderwerpelijke vordering, op grond dat deze niet aan den thans geintimeerde (oorspronkelijk eischer) in privé, maar slechts aan de eigenaren der suikerfabriek Sedatie zoude toekomen :

dat, waar niet blijkt en in de introductieve dagvUaiding zelfs niet eens is gesteld dat geintimeerde, toen hij met appellante