Bij een groot gedeelte menschen vindt men, wal wij ook by johaknes Discipelen , bij Phariséën en Schriftgeleerden vonden: eene . groole gehechtheid aan het oqde, als van zelf gepaard met afkeer van het iiieuwe. Door jaren en gewoonte is het velen onmisbaar geworden. Dit vertoont zich in de dagelijksche belangen van dit leven, vooral echter ook in de godsdienstige aangelegenheden van een hooger leven.

In de belangen van dit leven. — Eenmaal gehecht aan aangenomene begrippen en gewoonten, die door den tijd tot eene behoefte zijn geworden, vall het uiterst moeijeiijk die terstond at te leggen. Hierdoor moge somtijds eene schadelyke nieuwigheid lijn tegengehouden; dikwijls voorzeker is daardoor ook de invoering van eene of andere verbetering in huisgezin of maatschappij verhinderd. Welk eeh' tegenstand ontmoette niet menige, lot zulk een einde ondernomene, poging? Wilt gij voorbeelden? — Wat had het niet in, toen er een middel was uitgevonden, ter voorkoming van zekere ziekte, die het ligchaam schond en het leven dreigde , dat middel algemeen le doen aanwenden, ook zelfs nog, nadat men zich van de goede uitkomst had kunnen overtuigen ? Hoe menig gemoedelijk, schoon niet het meest redelijk denkend Christen, vond cr niet zwarigheid in, toen men hier en daar van woningen en gebouwen het geweld des onweders trachtte af te'leiden ? Het scheen hem hemeltergende vermetelheid ! Hij vergat daarbij , boe het opwerpen van dijk en dam, tegen het verwoestend geweld van den vloed, hoe het eenvoudige dak zijner eigene woning , om hem tegen regenvlaag en stormwind te beschermen , even zoo goed pogingen waren ter afwering van der schepping werkingen, daar, waar de-