ling geschikt is voor de inrichting van onderwijs, die deze wil gaan volgen. Het hoofd moet hierbij rekening houden met de cijfers, die de leerling voor de verschillende vakken verworven heeft. Spreker wees er op, dat deze cijfers echter betrekkelijke waarde hebben. De schoolprestatie beteekent weinig, omdat deze vaak op een goed geheugen is ingesteld.

Van veel meer belang is de geschiktheid van den leerling. Hieromtrent stelt de wet geen eichen. De geschiktheid is een geheel van moeilijk te definieeren factoren; wie over de geschiktheid van een leerling wil oordeelen moet bekend zijn met de eischen, die het middelbaar onderwijs stelt. Hieraan ontbreekt nog wel eens iets bij hen, die thans de vereischte verklaring afgeven. De omstandigheid, dat men zich bij het afgeven van de verklaring baseert op de rapporten-cijfers, is oorzaak dat alle waarborgen voor geschiktheid ontbreken. En een feit is het, dat gebrek aan kennis ingehaald kan worden op H. B. S. of gymnasium, doch gebrek aan geschiktheid niet. Men wilde dus andere waarborgen en een onderzoek werd wemschelijk geacht.

Welke factoren kwamen nu in aanmerking bij bepaling van de al of niet geschiktheid. Boven zeiden wij reeds, dat succes op school niets beteekent, als de practische aanleg niet aanwezig is. Verder: de een leert snel en onthoudt lang; de ander leert snel en onthoudt maar kort; een derde leert langzaam en onthoudt lang; terwijl een vierde langzaam leert en slecht onthoudt. Dit komt in de rapporten-cijfers niet voldoende tot uiting.

Verder zou men den aanleg willen leeren kennen door de neiging of door de aandacht waarmee t onderwijs gevolgd wordt. Men zal hierbij echter zeer subjectief te werk moeten gaani. Er bestaan nog geen

instrumenten om de karakter-hoedanigheden te bepalen.

Spreker deelde een en ander mee over belangrijke ontdekkingen in 't buitenland vooral gedaan bij z.g. groep-testen. Onder test verstaat men een schriftelijk gegeven opdracht, die een peroon moet volbrengen om den psychischen toestand in 't algemeen of eenige psychische eigenschappen in 't bijzonder vast te stellen.

Deze tests wijken heelemaal af van de examen-methoden, waarbij de examinator zich vaak niet eens prepareert en ook meestal op den indruk af zich een denkbeeld over de geschiktheid van een leerling vormt. De test wordt op zoo'n wijze genomen, dat er alleen voor objectieve fouten: de vragen en omstandigheden zijn voor alle leerlingen gelijk, de antwoorden — voor elk probleem slechts één — zijn van te voren vastgesteld.

Dr. van Beuningen deelde interessante bijzonderheden mee over tests, gehouden op Rotterdamche, Leidsche en Haagsche scholen. Zijn conclusie was, dat de tests een zeer goed bruikbaar middel zijn om aanvullend en corrigeerend te werken bij bepaling van 't algemeen intellect.

Van de gelegenheid tot vragen stellen maakten eenige leden gebruik, waarna de voorzitter, de heer J. Bakker, den spreker dankte voor zijn lezing.

De vergadering keurde goed het jaarverslag en de rekening en verantwoording over 1925.

Tot bestuurslid werden herkozen pater H. Hermans O.P. en Dr. A. F. Krull. De begrooting voor het jaar 1926 werd goedgekeurd. Zij sluit met een totaal aan inkomsten en uitgaven van ƒ 3400 en is gebaseerd op een gemeentesubsidie van 3009 gulden.

V