schijnt de definitieve agenda van de Algemene Vergadering.

Afzonderlike voorstellen, uit de agenda voortvloeiende, kunnen op de Algemene Vergadering worden in behandeling genomen, mits daarvoor, met inachtneming van Art. 14, al. 2 der Statuten urgentie wordt verleend.

Over alle voorstellen wordt alleen hoofdelik gestemd.

Bij meerderheid van stemmen wordt een voorstel aangenomen of verworpen.

Bij staking van stemmen wordt een voorstel als verworpen beschouwd.

De eindbeslissing over de aangenomen voorstellen geschiedt bij referendum overeenkomstig art. 15 der Statuten. Aan dit referendum zijn niet onderworpen:

a. benoemingen en verkiezingen;

b. het vaststellen der begroting.

Art. 8. De afdelingen zenden ter Algemene Vergadering één of meer afgevaardigden. Eén afgevaardigde uit elke afdeling kan de reiskosten (3e klasse) van waar hij ter vergadering is gekomen en zo nodig ook de verblijfkosten in rekening brengen aan de kas der Unie.

De afgevaardigden dienen voor de aanvang der Algemeene Vergadering hun geloofsbrieven bij het Hoofdbestuur in.

Art. 9. Op de Algemene Vergadering hebben de leden het recht van introduktie.

De leden, die daarvan gebruik maken, moeten de Voorzitter voor de aanvang der vergadering hiermede in kennis stellen.

Art. 10. Binnen 2 maanden na een Algemene Vergadering wordt aan de leden, donateurs en ereleden een verslag van die vergadering toegezonden.

5. Geldmiddelen.

Art. 11. De kontributie wordt geheven volgens een door de Algemene Vergadering vast te stellen regeling. Bij de berekening van het salaris, waarvan kontributie geheven wordt, tellen niet mee de pensioenpremie en de kindertoelage.

De kontributie van hen, die in verband met de aard