kommanderij der orde lag, en Wijtwert ten Z. O. van Appingadam, waar de kommanderij van Oosterwierum een soort grangium had. i)

De glossarius van Worp van Thabor heeft ons hieromtrent ten eenemale in het onzekere gelaten; de schrijver der Oudhede7i en Gestichten vmi Groningen heeft Wijtwert bij Appingadam opgegeven wijl, naar hij uit een brief van 1529 was te weten gekomen, daar eertijds een Johannieter-nonnenklooster gestaan had. -)

Maar welk Wijtwert ook bedoeld zij, immer blijft

1) Dit grangium is allerwaarschijnlijkst eerst na 1218 gesticht. Het oudste diploom toch, waarin van het klooster te Oosterwierum melding gemaakt wordt, is een brief van 1237, welke gedeeltelijk werd afgedrukt door van Halsema Verh. Pro Excolendo Jurc Patrio 11, 468, en in zijn geheel te vinden is bij Ypery in diens Gesck. ■ojk Patronaatrecht II 114—116. Aem. Wybrands, die in zijn Abdij Bloemhof te Wittewierum de onechtheid van dezen brief betoogt, zegt (. c. p. 209) dat deze brief het eenige bewijs is «waaruit men (mag) opmaken, dat de kommanderij (van Oosterwierum) reeds in 1237 zou hebben bestaan. Maar is Oosterwierums kommanderij niet ouder dan 1237, dan is het door deze kommanderij gestichtte grangium te Wijtwert natuurlijk nog van jongeren datum.

Ook de kommanderij te Wijtwert bij Usquert werd allerwaarschijnlijkst eerst na 1218 gesticht. Van den rijksarchivaris van Groningen, den heer J. A. Feith, ontving ik in regest de voornaamste [stukken, welke op dit hospitaalhuis betrekking hebben. Naar mij genoemde heer Rijksarchivaris meedeelde, is het oudste ons bekende diploom van dit klooster een bul van Paus Gregorius IX, waarbij aan het Hospitaalhuis te Wijtwerd eenige privilegiën worden geschonken. Het stuk is van 1239 (7 Kal. Sept.) (Zie Oorkondenboek van Gron, en Drenthe 97).

2) Zooals wij reeds opmerkten, was het geen eigenlijk klooster, doch een soort grangium of bouwhoeve van het klooster te Oosterwierum. Zoo althans werd mij meegedeeld door den Rijksarchivaris van Groningen, den heer J. A. Feith, wien ik bij dezen mijn oprechten dank betuig voor zijne welwillendheid.