bctli’s-Vcrccniging, werd, met machtiging van den Aartsbisschop, besloten tot de stichting van het Sint-Andreas-gasthnis, dat tot verpleging van bejaarde lieden en van zieken zou strekken. Daardoor werd het werk, door P. van KeSsel begonnen, met vereende krachten bevestigd en voltooid. En zoo verrees in 1901, voor de kapitale som van ruim 38.000 gld., het fraai gebouwde, doelmatig ingerichte gasthuis, dat ieders bewondering wekt en aan het verre nageslacht van den godsdienstzin en de oifervaardigheid der Tielsche Katholieken zal getuigen. Op zóó uitnemende wijze kwijten zich de zusters Dominicanessen, wier aantal gaandeweg tot 27 is aangegroeid, van de verpleging der zieken, dat Katholiek en Protestant om strijd hare toewijding en bekwaamheid prijzen. Binnen één jaar had reeds een honderdtal patiënten, onder wie vele andersdenkenden, hare liefderijke zorgen mogen ondervinden.

Opmerkelijk is het voorzeker, dat al deze katholieke stichtingen: kerk, pastorie, zustershuis, scholen, gasthuis, achtereenvolgens verrezen op het oude Sint-Walburg’s Kerkhof, de plaats, gewijd door de gebeden en de offers van het katholieke voorgeslacht. I.uid verkondigen zij, dat het katholieke geloof te Tiel niet is uitgestorven, maar weder opleeft, bezield door de levenwekkende kracht, die zoowel in overoude tijden als in onze dagen van St. Willibrord’s zetel uitgaat. Als spraken deze monumenten niet luid genoeg, hing pastoor Verhoeven in den toren een klok, die wijd en zijd Gods getrouwen naar het bedehuis roept en dagelijks de Blijde Boodschap verkondigt, wat sinds drie eeuwen binnen Tiel’s muren niet meer gehoord was.