'sHeeren zegen behoefte. Het schoollokaal den Heer opdragende, smeekte broeder wilken zijn' zegen af over het onderwijs en de leiding daarin te geven.

i/Nadat de verzamelde menigte een loflied gezongen had, sprak broeder wilken tot de vergadering, en voornamelijk tot de kweekelingen over het woord van den Heer: v gij zijt het licht der wereld." Van dit gebouw moet licht uitgaan, eerst in de Minahassa, maar later ook, wij bidden het van ons gezegend Hoofd, in de landstreken en onder de volksstammen aan onze grenzen. De kweekelingen behooren dat licht te brengen, en dus zeiven lichten te zijn. Spreker toonde aan, hoe zij dit kunnen worden. In dit gebouw ontvangen zij onderwijs en leiding, onderwijs aangaande God, onzen Schepper en Vader; aangaande den mensch, verloren door de zonde; aangaande jezus chrtsttjs den Zaligmaker der wereld. Maar de kennis van dit alles zal de kweekelingen nog niet tot lichten maken. Daartoe behoort vooral, dat zij volgelingen van Christus worden. Navolgers van christus , in zijne zelfverloochening en liefde, in zijne nederigheid en gehoorzaamheid aan den Vader, in zijne hulpvaardigheid en trouw.

»Het was een warm woord. Onze broeder sprak met verhoogd gevoel van de voortreffelijkheid van den zendingsarbeid, waaraan hij meer dan 30 jaren leven en krachten wijdde, met zeldzamen ijver en onafgebroken naauwgezetheid. Bovendien vervulde het feest van den dag hem met ootmoedigen dank, kinderlijke blijdschap en levendige hoop. De kweekschool voor hulpzendelingen is zijn geliefd kind. Het lokaal had hem gedurende vele jaren na aan 't hart gelegen. Hij heeft zich bij den bouw veel moeite getroost, om met de weinige middelen een zoo degelijk mogelijk gebouw te verkrijgen. Hij heeft zijn doel bereikt. Het schoollokaal is gereed; wordt plegtig ingewijd, geen wonder, dat hem het hart overvloeit van dank en lof, van blijmoedigheid en vertrouwen, en dat dit gevoel zich ook in zijne toespraak uitspreekt. De Heer bekrachtige hem nog lang tot zijn gewigtig werk, en geve hem, óók in dit gebouw de vrucht te smaken van zijn ijverig streven.