HEDENDAAGSCHE SPAANSCHE ROMANSCHRIJVERS.

455

het leven; hoewel wat dof kan de lezer zich ten minste de makke personages voorstellen, die met hun gedoe en gepraat de bladzijden van hare onschuldige verhalen vullen, zooals bij voorbeeld de kleine bestuursambtenaar, gewoonlijk voormalig, die op een inkomen van bijna niets per jaar zijn stand op hield, ja zich zelfs de weelde van drie pruiken kon veroorloven; de eene stelde hem voor als zijn haar juist geknipt was, de tweede wat langer, en de derde met zulke lange lokken, dat hij tegen zijne vrienden de opmerking kon maken, dat hij werkelijk eens naar den kapper moest, om daarna weer in nummer één te verschijnen.

Daar hare romans nog steeds op alle uitgeverslijsten voorkomen, moeten wij veronderstellen dat er nog altijd vraag naar is voor jeugdige lezeressen wier lektuur onder toezicht harer ouders staat.

Antonio de Trueba deed spoedig na Fernan Caballero zijne intrede. Als alle Spaansche schrijvers was hij zeer vruchtbaar, en hij had een grooten kring van bewonderaars. Zijne boeken, hoofdzakelijk cuentos of korte schetsen van het landleven van moeders en dochters en zoo voort, zijn voor den nog niet aan dit voedsel gewenden buitenlander, die ze tracht door te worstelen, niets dan water en melk, kost voor zuigelingen. Wij kunnen hoogstens eenige bewondering gevoelen voor de menschen, die blij en tevreden kunnen zijn met zulke verhalen, waarin al de beesten van het erf, en al de vogels in de haag zich in het gesprek mengen en hunne meeningen mededeelen.

Intusschen moet erkend worden, dat dergelijke wateren melkliteratuur ook in andere landen niet onbekend is en de Spaansche schrijvers boven hunne buitenlandsche mededingers (en mededingsters) ten minste dit voor hebben, dat hunne beschrijvingen van het land waar en natuurgetrouw zijn, en ieder die er bekend is kan begrijpen hoe zij, die in de bergen te midden dier weelde van boomen, bloemen en stroomende wateren, of in de rijke landen van Andalusië of Valencia geboren zijn, kwijnen in de kale vlakten van Castilië en enthousiast worden over de schrijy vers, die hunne verbeelding naar hun geliefd berglandschap