256

WOLKENKRABBERS ZONDER VENSTERS.

bouwwerken, waarvoor Sullivan M. Jones, een Staats-architect te New-York, in een verhandeling het opneemt. De voordeelen zijn: ten eerste besparing op de grondprijzen, want een wolkenkrabber zonder vensteropeningen kan tot 600 meter hoog gebouwd worden. Dit gebouw sluit dan een geheele stad in zich, die men van de schadelijke invloeden van de onvolkomen wereld bijna geheel kan afsluiten. In het geheele gebouw is een in alle hoeken gelijkmatige belichting van gewenschte sterkte aangebracht. Opdat de physiologisch belangrijke ultra-violette stralen, die ook in het zonlicht voorkomen, niet ontbreken, voorziet Jones iedere lichtbron van een buis, die ultra-violet licht uitstraalt. Kunstmatige luchtverversching zorgt overal naar wensch voor berg- of zeelucht. Terwijl de voorbijgangers op straat onder de brandende zonnestralen zuchten en stof slikken, ademen de bewoners der wolkenkrabbers een gelijkmatig verwarmde lucht in met geschikt vochtigheidsgehalte, waarin ze natuurlijk lichamelijk veel meer kunnen praesteeren. Toegevoegde ozon zorgt er voor, dat geen onaangename geuren blijven hangen. Wordt aan deze lucht zeezout of dennennaaldenextract toegevoegd, dan is de illusie van een verblijf aan zee of in de dennenbosschen volkomen.

Het ontbreken van vensters beschut tegen wind en hinderlijke geluiden, die van buiten komen; er zal ook geen strijd meer gevoerd behoeven te worden, of een venster geopend of gesloten zal zijn. Een huis zonder vensteropeningen is ook goedkooper dan een, dat ze wel heeft; alleen de kosten der muren worden daardoor tot op de helft verminderd, terwijl de kosten van onderhoud en reiniging veel geringer zijn. De uitgaven voor de kunstmatige belichting en luchtverversching worden met de besparing gedekt, die men verkrijgt bij de verwarming in den winter, als het warmteverlies door het ontbreken van vensters tot een minimum gereduceerd wordt.

De tegenwerping, dat bewoners van zulke vensterlooze woningen echte holbewoners worden, wijst Jones terug met de opmerking, dat dit alles een kwestie van gewoonte is; de meeste bouwwerken in de oudheid, de tempels en paleizen hadden ook zoo goed als geen vensteropeningen en ook in onze moderne schouwburgen ontbreken ze. De moderne mensch zal aan het huis zonder vensters even goed wennen, als hij aan de wolkenkrabbers gewend is.

Hoe goed de mensch zich volgens Jones in deze ideaal verlichte, uitstekende lucht bevattende, matig verwarmde, stofvrije, vensterlooze wolkenkrabberstad lichamelijk zal bevinden, wij meenen toch, dat een uitgang naar de minderwaardige en onvolmaakte natuur onder den vrijen hemel voor hem een verademing zijn zal.

Gs.