WAT IS WAARHEID?

I4I

te onttrekken aan zekere corvées. Dat is geen misdaad. Als ik zeg haastwerk te hebben, zal dit excuus moeilijk worden aanvaard. Dan vind ik een eenvoudiger middel om de een of andere afwezigheid voor te wenden, een reeds gemaakte afspraak, een ongesteldheid of iets dergelijks. Het is niet zeer waarheidlievend, maar deze leugen geeft mij geen enkele gewetenswroeging.

Overigens zijn er veel ernstiger gevallen, waarin de leugen geboden is.

In een mooi hoofdstuk van de „Misérables" vertelt Victor Hugo van een religieuse, in haar klooster bekend om haar weerzin tegen de leugen. Zij is aan het ziekbed van de stervende Fantine. Jean Valjean komt en Javert, de politieagent, die Jean Valjean zoekt, vraagt aan Zuster Simplice of zij alleen is. ,,Ja." — „Hebt ge Jean Valjean niet gezien?" „Neen," antwoordt de Zuster. Zij liegt tweemaal achter elkaar, zonder te aarzelen, snel. „O, heilig meisje," voegt Victor Hugo er aan toe, „gij zijt reeds jaren niet meer van deze wereld, gij staat in hetzelfde licht als uw zusters, de Heiligen en uw broeders, de Engelen. Dat deze leugen te uwe gunste kome in het Paradijs!"

Soms ondervraagt een zware zieke angstvallig den geneesheer om te hooren of hem nog tijd van leven is beschoren. De geneesheer zou verkeerd doen door hem tot wanhoop te brengen met het zeggen van de onverbiddelijke waarheid. Hij moet dus onwaarheid spreken. Het is, zooals men zegt, een vrome leugen.

Wat men het beroepsgeheim noemt, noopt vaak tot onwaarheid, want ook zwijgen is een soort van leugen. Om een voorbeeld te geven; men raadpleegt een geneesheer om te weten te komen of het huwelijk van een zijner patiënten bezwaren zou opleveren. De geneesheer is gebonden door zijn beroepsgeheim, waardoor hij de treurige waarheid niet kan zeggen — welke ook de bezwaren zijn van zulk een huwelijk. En dat leugenachtig zwijgen zal hem wegen.

(Om de waarheid te zeggen is dat beroepsgeheim voor mij geen fetisch, op dat punt ben ik nogal niet dogmatisch.)

Ook wanneer het redden van iemands eer ermede gemoeid is, is de leugen vergeeflijk. Ik weet niet meer in welk tooneel-