NIEUWE ONDERZOEKINGEN

millioen lichtjaren van deze verre werelden, waarin Shapley een evenbeeld van onzen Melkweg zag. Deze verklaring kon evenwel niet bevredigen, want het geringe aantal nevelnesten — ongeveer twintig — was niet voldoende om deze scheppingen te verheffen tot een klasse, die boven de spiraalnevels zou staan.

Toen nu echter in het jaar 1928 door de astronomen van de Mount-Wilson-sterrenwacht in Californië in de windingen van den Andromedanevel bolvormige sterrenhoopen gevonden werden, die in hun samenstelling op de verhoudingen in den Melkweg geleken, traden de vroeger vermoede verwante betrekkingen van de spiraalnevels tot den Melkweg weer op den voorgrond en dwongen er toe deze aangelegenheid nog eens opnieuw na te gaan. De vraag kwam toen ter sprake of de zichtbare begrenzing van het beeld van den spiraalnevel op de gevoelige plaat ook inderdaad de uiterste en blijkbaar fijnste deelen van de sterreneilanden mede omvatte. Een uit dit gezichtspunt ingesteld nauwkeurig onderzoek van nieuwe opnamen, die met den grootsten sterrenkijker van de Mount-Wilson-sterrenwacht (die met den spiegel van 2,5 meter middellijn) voor dit doel verricht werden, gaf tot resultaat, dat met behulp van de fijnste inrichtingen ook daar nog een door het licht van den spiraalnevel teweeggebracht zwart worden van de plaat kon worden waargenomen, waar ons oog ons geheel in den steek laat. De nevel kon nog buiten de grenzen, die men tot nu toe aannam, vervolgd worden, zoodat Shapley in overeenstemming met twee andere sterrenkundigen de uitgestrektheid van den Andromedanevel tweetot driemaal zoo groot vond als tot nu toe bekend was. Deze vinding was een groote verrassing, want de ware middellijn van deze naburige wereld in Andromeda ligt volgens deze resultaten tusschen 70.000 en 100.000 lichtjaren, waardoor een veel gunstiger verhouding tot den Melkweg verkregen werd. Dergelijke resultaten kunnen ook in andere gevallen nog verwacht worden. Maar daarmee vervalt dan de afzonderlijke plaats van den Melkweg in het Heelal, al blijft zijn groote uitgebreidheid toch nog altijd opmerkelijk.

Afgezien van deze resultaten hebben de wetten omtrent de verdeeling van de spiraalnevels aan den hemel ons eerst