GEREFORMEERD OF HERVORMD?

houdt, heeft de Heraut van 13 Nov. 1892 de verandering van den naam „Gereformeerd" in „Hervormd" betiteld als „een volmaakt onschuldige grap," en dit toegelicht door de snedige opmerking: 80f men aan een jonge dame op het adres schrijft: Mejuffrouw of Madenioiselle zal wel hetzelfde zijn." Zonder twijfel; als de brief maar in de rechte handen komt. Maar gesteld nu eens, dat iemand een brief schreef b. v. aan . . . laat ons zeggen: aan zekere mejuffrouw Rood, en op het adres schreef: „a Mademoiselle Rouge," zou de brief dan óók terecht komen? Doch dit daargelaten. Op zichzelf beschouwd, is de gestelde vraag, iedereen zal het willen toestemmen, van dien aard, dat men moeilijk begrijpen kan dat zij gesteld wordt. Doch van weinig kan men veel, van niets kan men alles maken in deze sofistische wereld; en het is waarlijk niet onze schuld, zoo wij in de laatste jaren onze aandacht hebben moeten schenken aan kwesties, op zichzelf van zóó geringe beteekenis, dat een later geslacht er de schouders voor zal ophalen, en zeggen zal: „hoe is het toch mogelijk, dat die menschen zich daarmede hebben kunnen bezighouden in de dagen toen men sprak van een sociale revolutie?" Is men, om iets te noemen, niet komen aandragen met de kwestie, of men zeggen en schrijven moet Heere of Heer? of een christenmensch een gezang mag zingen? of een nietsynodaal jongeling zijn zinnen mag zetten op een synodaal meisje? of de piano al dan niet „een gepast instrument" is „voor echte Calvinisten?" x), en zou tegenwoordig de vraag ongerijmd zijn, of het mogelijk is, te zijn anti-revolutionair en revolutionair tegelijk?

En wat het andere betreft, waarom ik sprak van de mogelijkheid dat men denken zou aan een mystificatie —

1) Heraut 1892 u° 775 en volgende nummers.