JOHANNES BAPTISTA SANTOLIUS. 74!

nomen had, begroef hem in haren fchoot. Zijne lijkdienften werden in de kerk van den Heiligen benignus gehouden: maar zijn ligchaam werd, eenige weken hierna, naar Parijs overgevoerd, en aldaar in de vermaarde abdij van 'Sint Victor begraven , voor welke hij altijd eene bijzondere genegenheid gekoesterd had. Men leest daar zijn graffchrift in-een der zijgebouwen van Jret klooster, aan de kerk grenzende.

Als oorzaak van zijnen dóód wordt opgegeven, dat hij aan een glas met wijn, waarin iemand, om hem te kwellen, fmiif geworpen had, zou geftorven zijn. Zijne gedichten zijn verfcheidene malen , en onder anderen te Parijs in 1697, onder den titel: Joannis Baptistae Suntoln Opera, in het licht gegeven. La bruyere, die hem m zijne cara:tères onder den naam van theodas afbeeldt, zegt dat hij eene mengeling van een gek en een verftandig man was; dat hij als ware het twee zielen had, die elkander niet kenden, en ieder hare beurt en afzonderlijke werkzaamheden hadden. Moreau , advokaat-generaal aan de rekenkamer, zocht santeuils eer ' op te houden tegen diegenen, die hem voor gek umie. kreten hadden, door het volgende bijfchrift:

Santeuil est un fou, ce dit.on. On le dit a Paris, on le dit a Dyon. Santeuil a, cependant, l'amitié d'un grand prinet, 11 a par fes vers ejfaeé Les Poetes nouveaux et ceux du tetnps pasfé: Et mus voyons enfin une illustre Province Vargent, de vin, d'/tonneur le combler aujourdhuu Traite, qui le voudra, de fou. ce perfonage; Ma foi! eest être fage Qtfétre fou comme lui.

Men zegt het te Dyon, me-n zegt bet te Parijs-, Santeuil, de dichter, is niet wijs. Toch heeft een groote vorst zijn vriendfehap hem gefchonkem

Zijn roem heeft zich zoo wel gevest, Dat aller dichc'ren naam ligt voor zijn' glans gezonken. En eind'lijk zien wij een aanzienelijk gewest

Aaa3 Met