HET SPORTBLAD

de arriateursbjepalingen veroorloofd zijn, zoomede een schrijven van den N. V. B. aan de heeren Nash en Ward door te zenden, waarin wordt medegedeeld, dat zij bij den N.V.B. niet langer geclacseerd staan als amateur, dat zij in hun vroegere positie kunne i worden hersteld door een bijzondere vergunning van het N.V.B.-bestuur en, onder de bijvoeging: „This is absoluty necessary", hun verzocht wordt een vijftal verklaringen af te leggen, waaronder hun wensch om in de amateurs-klasse hersteld te worden, de verzekering dat het hun bedoeling is gedurende hun verblijf in Holland zuiver amateur te blijven en nooit eenige betaling in verband met sport te zullen ontvangen, enz.

En hiermede is Quick dus weergekeerd tot het punt waarmee het cirkelgangetje begon. Immers, de N.V.B. behandelt de zaak blijkbaar nu toch geheel reglementair en daadwerkelijk, niet formeel, legt hij de beteekenis van de woorden „voor zooveel noodig" door mr. Kalma daaraan toegekend, naast zich neer. En de Engelschen weigeren bij herhaling zelf herstel in de amateursklasse te vragen. Wat Quick en de N.V.B. buiten hen om doen interesseert hun niet, maar liever in Holland geen voetbal meer aangeraakt, zeggen ze, dan krachtens een verzoek om herstel tot amateur hun protstaat erkend.

Aan het eind van mijn rapport over deze lijdensgeschiedenis gekomen, wil ik mij ook nu van commentaar onthouden. Het weergegevene spreekt luide voor, of liever: tegen zichzelf. Tenzij het bondsbestuur ingrijpt in dit handelen naar de letter en niet naar den geest van de wet, in dit drama van „Rechthaberei und Prinzipenreiterei" tenzij de Raad van Wijzen voorkomt dat zich buiten-af de meening postvat, dat er in zijn midden een is die anders spreekt dan schrijft, voorzie ik dat de voorloopige toestemming tot uitkomen voor Quick, den heeren Nash en Ward bij de gratie van het N.V.B.-bestuur verleend, wel weer spoedig zal worden ingetrokken. Sm.

Van spelers en Kijkers.

IX. Ajax—Be Quick.

Wilhelmina—Helmond.

„Groote Stadslucht", had de dokter gezegd met 'n bedenkelijk gezicht naar mij en een verdacht knipoogje naar m'n vrouw; enfin ik ben de kwaaiste niet, deed of ik niets gemerkt had en trok Vrijdags vroeg naar de eenige groote stad in ons dierbaar landje, naar Mokum natuurlijk.

Aan de W.P. stapten we uit, en vonden nog juist 'n plaatsje in lijn 11. Twee plaatsen verder hing 'n snoes van 'n kindje aan de lus, m'n vrouw keek naar mij en ik naar de zus. Ge ziet, als ik er aan denk word ik nog poëtisch. Plots zag ik op het achterbalcon m'n goeien ouwen vriend Jan Grootmeijer staan. Hij deed net of-ie me niet kende. Ik wou op 'm af, maar m'n vrouw die zeker dacht aan de zus aan de lus hield me stevig aan mijn demietje, ik probeerde het twee- of driemaal, gaf 't toen op. We reden tot den Dam ; Jan, de zus en wij. Jan was er 't eerste af. Keek niet om, of ik al Jan en Ajax brulde. Toen naar de lunchroom, daar zag ik hem opeens vooraan de toonbank staan. Ik er op af, maar hij de deur uit. Op weg naar m'n hotel zag ik nog eens, Jan wou me niet kennen en negeerde me straal. Dat is je dank, dacht ik, doch een kwartier later in m'n hotel kreeg ik 'n officieelen Ajax-Brief van den volgenden inhoud: „Het bestuur van de A.F.C. Ajax noodigt U en uw Echtgenoote beleefd uit den wedstrijd Ajax—Be Quick op . Zondag a.s. bij te wonen, (w.g.) de Secr. J. Grootmeijer.

Goeie Jan had me stiekum willen verrassen, was me nagegaan om m'n hotel uit te visschen en zond me op deze hupsche en discrete manier — het Ajax-bestuur eigen — twee tribune-plaatsen. Hulde en dank Jan! Natuurlijk heb ik den wedstrijd gezien en bij al m'n vurige en bewonderende liefde voor Ajax, deed 't m'n oud-oostelijk hart goed dat Be Quick won. Ajax telde echter verscheidene invallers, toch is het spel minstens 1 klasse beter dan dat van Be Quick, maar de heeren speelden niet met animo. De besten van 't veld waren de Zutfensche spil en...Jan. Opnieuw kon ik weer eens constateeren hoe weinig 't publiek over het algemeen van voetbal snapt. Jan, de veteraan, heeft iets van z'n vroegere vlugheid en schot ingeboet, had bovendien in 't begin pech. Dit was voldoende voor het publiek om den verdienstelijken secretaris op erbarmelijke manier te hoonen. Dat hij steeds keurige staaltjes van taktiek vertoonde, scheen niemand te merken; toen hij later twee keurig tactische goals maakte, draaide het blaadje om en klonk 't gebrul „Grootmeijer" heel anders.

Jan, als je het met Multatuli eens was, neem ik het je niets kwalijk hoor!

In Den Bosch werd dienzelfden dag 'n wedstrijd gespeeld tusschen Wilhelmina en Helmond. Er is iets gebeurd en door de couranten nog al opgeblazen. Er kwam veel bij het incident te pas.

'n Boks partijtje, 'n heethoofdig vader, 'n opgeheven wandelstok die gelukkig niet neer kwam op 't hoofd van den schuldige, en eveneens gelukkig 'n tactvolle captain en bezadigd bestuur die 't relletje binnen de twee minuten van de baan hadden.

'tKPubliek heeft natuurlijk schuld, 't mag nu eenmaal/ niet binnen de lijnen en ik vertrouw dat deze publieke misstap, die

13

eenig is in de analen der Wilhelmina geschiedenis zich niet meer zal herhalen. Nog meer schuld echter had de scheidsrechter die aan 'n hopelijk acute afdwaling leed, veel floot, veel verkeerd floot, steeds naar den verkeerden kant strafte en veel Helmond overtredingen niet zag, kortom hopeloos (natuurlijk onwillekeurig) partijdig was en daardoor 't publiek hevig irriteerde. Verder in cle eerste plaats de Helmond-speler die na de rust als invaller optrad, zich vergat en klappen uitdeelde. Waar twee kijven hebben er twee schuld, de twee Bossche spelers hebben allicht ook wat te forsch gespeeld, maar vdit was ten slotte slechts ('n steeds verkeerd) antwoord op het meer ' dan onbehoorlijk ruwe spel van bedoelden Helmondenaar. Dat deze zich echter zoozeer vergat en handtastelijk werd is meer dan ergerlijk, te meer waar hij z'n woede koelde aan 'n toevallig onschuldige. Het was dan ook eénigszins begrijpelijk dat de heethoofdige Papa z'n zoon wou gaan helpen. Dat ie er verkeerd aan deed zich er mee te bemoeien heeft ie wel allang ingezien.

De Vereeniging Helmond voor het gebeurde aansprakelijk te stellen gaat niet op. Een zwaluw maakt nog geen zomer en een ruw speler nog geen vereeniging met 'n kwaden naam. Maar toch heeren Helmond-bestuurders, zorgt dat ge dien niet krijgt. We konden het tot dusver allen samen goed vinden in de eerste klas. Daar zijt ge nu ingekomen en gc had naar we tot'dusver meenden lste klasse manieren medegebracht. Die moeten we houden, allemaal. Drukt dat uw spelers op het hart en laten we 't hierbij laten, 't Incident mag geen nadeelige gevolgen hebben zoo min voor u als voor anderen. Zegt hen die 't aangaat, dat voetbalspel wel en gelukkig wel, volksspel geworden is, maar dit in den goeden zin van 't woord, spel voor 't „peuple" niet voor „gepeupel". Hopelijk zal ieder dat inzien. Wie dat niet inzien wil, daarvoor is geloof ik ook in de Vereeniging Helmond geen plaats. Dat ze 't daarmee eens zijn, zullen zij, naar wij hier allen vertrouwen, bij de returnmatch in Helmond laten zien.

v. D. BOSCH.

Uit den Uithoek.

Buiten giert de wind. en ik zie er tegen op straks de kamergezelligheid te moeten verlaten om dezen brief te posten. Het is donker buiten en koud en de wind huilt door de naakte boomkruinen en strijkt de takken van den peereboom in den tuin nu en dan tegen de ruiten van mijn stille kamer. Vanmiddag woei het niet minder hard op het terrein van Middelburg, waar de club van dien naam en Wilhelmina elkaar ontmoetten Het was bar koud en de vele toeschouwers rilden. En de jagende golven van het kanaal door Walcheren sloegen wild tegen de glooing en lieten op de ruwe steenen achter wat wittig schuim . . .

En de 22 knapen speelden in den gierenden wind en zij speelden zelfs vrij goed. Middelburg was-iets sterker en de voorhoede ondernam vele aanvallen, die dikwerf zeer gevaarlijk waren. Maar doelman Gevers had zijn dag en keerde veel; hield er een nijdig schot van Willem van der Harst uit, stompte een kogel van Steur terug en deed nog meer goede dingen. Schot, Middelburg's gevreesde mid-voor, was weer uitstekend op dreef, maar zijn schot faalde Hij trapte met den punt van zijn rechterschoen een keer of drie den bal hoog over. De uitvallen van de Bosschenaren waren spaarzaam en strandden op de zeer sterke Middelburgsche verdediging. Rust kwam met 0—0.

Toen weer begonnen werd en Wilhelmina het voordeel van den wind kreeg, dachten wij, kijkers, bijna allen, dat onze club er zou ingaan. Maar niets van dat alles, het geheele elftal speelde keurig en vooral de voorhoede had goede momenten. Piet Adriaanse, die als rechtsbuiten fungeerde, raakte hoe langer hoe meer op dreef en met 'n prachtschot verraste hij Gevers en Middelburg leidde .

De Bosschenaren gaven echter niet den moed op en brachten den bal vaak voor Middelburg's doel. Een half uur voor tijd maakte hun midden-voor met 'n juweel van 'n schot den stand gelijk. Hard werd er gewerkt om de leiding en Middelburg had ontegenzeggelijk het beste deel van 't spel. Keurig speelde de voorhoede samen en zelfs zond Schot een keiharden bal zuiver naar het doel. Maar Gevers was weer op zijn post. Onder groote spanning kwam het einde, een „draw" brengend, waarmede Wilhelmina zeer zeker tevreden mag zijn.

Het viel op dat de scheidsrechter zoo treffend juist was in zijn beslissingen. Hij heeft gedurende den geheelen wedstrijd geen enkele grove fout gemaakt en had op buitenspel een bijzonder goeden kijk. En die scheidsrechter was . . . niemand anders dan dezelfde mijnheer Visser, die verleden week zoo veel veroorzaakt en zoo weinig voorkomen heeft op het Bossche veld. Trouwens het heeft mij, toen ik van zijn zwakte en weifelende houding in de verschillende dagbladen las, toch al zeer verwonderd. Want ik — en ik sta in mijn meening heusch niet alleen — heb hem altijd een goed fluitist gevonden, eerlijk en meestal zeer juist in zijn rechtspraak. Bovendien heb ik hem nooit zwak tegenover spelers en publiek gezien; integendeel, hij kon zelfs heel flink zijn en had wat je noemt vergaande maling aan de lui.

Zou het Bossche publiek soms de oorzaak van het gebeurde geweest zijn ?