VAN ONZE TOEKOMSTIGE OORLOGSSCHEPEN.

275

schepen dus een tweede dergelijke inrichting in het voorschip beschikbaar moeten zijn.

Deze afbrekende critiek van onzen hedendaagschen ziekenboeg met toebehooren ware zeker niet geoorloofd, wanneer wij niet daarop lieten volgen op welke wijze dan wel de ziekenboeg op de toekomstige schepen zal moeten worden ingericht. In 't begin hebben wij medegedeeld, dat de oppervlakte van den ziekenboeg bedraagt 3.67 X 3-6o M., bij een scheepslengte van + 90 M. en breedte van 15 M., wanneer het schip 5000 tonnen inhoud meet. Het nieuwe schip zal een inhoud hebben van 21—27000 ton met een daarbij behoorende lengte van ± 200 M. en een breedte van + 30 M. Wanneer de ziekenboeg volgens dezelfde verhouding vergroot kan worden, zal deze een oppervlakte verkrijgen van 7.34 M. lengte en 7.20 M. breedte. In deze ruimte zullen dan 12 kooien plaats vinden, de equipage wordt ongeveer 900 man cl. i. 3 X meer dan op de tegenwoordige pantserschepen, bij gevolg zal het aantal kooien in den ziekenboeg in dezelfde verhouding kunnen toenemen, n.1. 3 X 4 = 12 kooien worden.

Deze kooien kunnen in 't midden van den ziekenboeg geplaatst worden, langscheeps in twee rijen achter en boven elkander en nemen een lengte in van 3 X T-8o = 5-40 M. Wanneer we de breedte van de gang tusschen de kooien 80 c.M. maken, elke kooi 80 c.M. breed wordt, dan is de geheele breedte van dit complex 3X8° c.M. = 240 c.M. In de lengte houden we dan aan weerszijden van den ziekenboeg + 1 M., in de breedte ongeveer 2.40 M. over. lederen ziekenboeg blijft derhalve nog genoeg ruimte over voor het plaatsen van andere benoodigdheden.

Het aanbrengen van de ziekenkooien in het midden van de localiteit is voornamelijk geschied met het oog op de meerdere luchtigheid der onderkooien, waarvan de frischheid in den tegenwoordigen ziekenboeg, vanwege de plaatsing tegen boord aan, veel te wenschen overlaat. Een bewegelijkheid der kooien, zoodat bij het slingeren van het schip deze beweging door de patiënten niet wordt medegemaakt, ware misschien wel aan te bevelen.

Nemen we nu aan, dat de apotheek vervangen wordt door een kast ter grootte van die, welke zich tegenwoordig in de officiershutten bevindt, dus breed 1 M., diep 50 c.M., met uitschuifbare tafel van 50 c.M., 't geen practisch op een geheele diepte van 1 M. neerkomt, dan kan deze met gemak in den nieuwen ziekenboeg bij a (zie fig. II) geplaatst worden.

Tegenover deze kast, tegen boord aan kan ruimte gevonden worden voor 't watercloset lang en breed 1.5 M, (/>). Aan

M. 1914 —1915. 18