309

voltooien; hij heeft de meest degelijke studiën doorgemaakt, is een goed pianist en heeft veel succes gehad met een operette, die hier van hem is opgevoerd. Hij is een voortreffelijk jongmensen, die verdient door TJ en mij te worden gesteund."

Een andere protégé was Nicola Ivanoff, een Rus en in zijn tijd een zeer beroemd tenor, die het zelfs waagde, te Parijs met Rubini in het strijdperk te treden, doch zich betrekkelijk spoedig van het tooneel terugtrok. De belangstelling van Rossini voor dezen zanger verflauwde nimmer, en nog toen deze reeds het toppunt zijner carrière bereikt had, bleef hij hem met raad en daad bijstaan en trachtte hem in oogenblikken van mismoedigheid op te beuren. „Beste Nicolino — schrijft hij hem eens —, uit Uw laatsten brief heb ik bemerkt, dat gij aan een soort van moedeloosheid lijdt, die ik zeer betreur. Gij zijt te veeleischend tegenover U-zelven en tegenover anderen. Laat ik U den raad geven, Uw kunstenaarsloopbaan kalm en als een philosoof te vervolgen en er U toe te bepalen, bloemen te plukken, wanneer gij ze aantreft, en het slechte weder zonder morren te verdragen, wanneer de hemel het u zendt. Houd goeden moed, daar alles wat men over U schrijft en zegt in den regel goed is. Ik hoop zeer, dat gij U niet omringd hebt met chevaliers oVindustrie, die, steunende op de zwakheid der menschen, hun alles zwart laten inzien en daarmede dan hun voordeel doen. De wereld is vol van zulke lieden".

„Men kan zich wel geen duidelijker beeld van den mensch Rossini denken dan dat deze raadgevingen ons laten zien.

Het waren intusschen niet alleen kunstenairs, voor wie Rossini zich interesseerde. Dit blijkt uit de volgende in het Fransch geschreven brief aan den Deken der medische faculteit te Parijs, welk document ook het bewijs oplevert, dat ondankbaarheid geen ondeugd van den maestro was.

„Mon cher Orflla — zegt Rossini in den brief —, permettez au maestro de venir se rap pel er a votre bon souvenir dans la personne de monsieur Giacomo d'Ancona, neveu d'im ami intime a moi. Ce jeune homme appartient a une des premières families de Florence. II se rend a Paris pour terminer son éducation médicale. Combien je serai heureux, si vous vouliez lui prêter votre appui toutpuissant, en le sachant placé sous votre égide! Vous m'aideriez, a m'acquitter d'une dette sacrée : la reconnaissance que je dois a la familie de mon intéressant protégé. J'espère que vous permettrez ü 1'auteur de Guillaume Teil cette confiance dans votre bon vouloir a accéder a ma prière".

De persoon, aan wien Rossini zijne beschermelingen het meest aanbeval, was Giuseppe Ancillo, apotheker en chemist te Venetië, wiens zaak daar nog steeds op het Campo San Lucca gevestigd is en een der voornaamste is onder de talrijke apotheken, die men in de Lagunenstad aantreft.

Ancillo, vier jaar ouder dan Rossini en behoorende tot diens intieme vrienden, was een zeer beschaafd en geletterd man, die ook nu en dan in Venetiaansch