DE V R IJ D A G A V O N D

167

PER LUCHTDIENST K. L. M.

NAAR

LONDEN en P A R IJ S

f 48.— * 39.50

lagen zij en ademden. De vale grijze pijndoorvreten koppen als in lijden verstard. Er waren daar ouden en jongeren, allen wrakken, geknakten, geknauwden, geslagenen, het drab, door de kokende golven van de levenszee geworpen op het verlaten strand. Er waren daar die, eenmaal fier en krachtig, door ziekten van allerlei aard tot doffe schimmen waren verworden, erfelijk belasten en door ellende gebrokenen. Er was daar een staalkaart van kwalen en wonden en verminkingen : een geheel van hartbrekenden kommer...

En over die allen, die op geen enkele andere plaats een plek konden vinden om in rust en vrede hun levens-einde af te wachten, over die allen heeft ,,de Joodsche Invalide" zich ontfermd. O, gij die krachtig en gezond Uw leven leeft, werpt een enkelen blik op deze resten van wat eenmaal menschen waren en doorgrondt goed welk een heil brengenden arbeid hier wordt verricht, dan zult, dan kunt gij met langer ter zijde blijven staan, dan moet gij de helpende hand bieden aan hen, die zich tot levenstaak hebben gesteld te verlichten, te verzachten, te veraangenamen de laatste levensjaren van die arme, arme sjlemielen. Nebbisj, Nebbisj.

Het Paleis van Volksweldadigheid.

Van de duisternis in het licht, van de hel in den hemel! Onwillekeurig moet die gedachte over ons komen bij het betreden van het nieuwe gebouw, dat ,,de Joodsche Invalide" heeft doen optrekken aan de stille gracht in het hartje van de oude Amsterdamsche Jodenbuurt. En steeds weer moesten wij het tot ons laten doordringen dat dit gewrocht was door dezelfde vereeniging, die voor dertien jaar is opgericht in bezit van Een Honderd Gulden en dat dit massieve bouwwerk van 6 verdiepingen hoog met alles wat er aan en, er in is bijeen gebedeld is met centen en dubbeltjes, betaald is met alle stukken die het Nederlandsche Munt- en Bankwezen kent: van halve centen tot „velletjes van duizend" toe. En een groote bewondering maakte zich van ons meester voor de organisatoren en hun leger van helpers, die deze geweldige resultaten hebben bereikt. Een gedetailleerde beschrijving van het gebouw zullen wij hier niet geven. Genoeg zal daarover in de komende dagen te lezen zijn. Slechts eenige treffende tegenstellingen met het oude huis willen wij hier even memdreeren. Alles wat de moderne bouwkunst aan comfortabels heeft uitgedacht is hier aangewend. Alles wat slechts eenigszins naar luxe zweemt is weg gelaten. Er is een royale entrée met breede lichte corridors, een ruime lichte keuken met een installatie, tot in het uiterste geperfectionneerd. Van den kelder tot den zolder stij¬

gen en dalen zacht, maar snel de liften, die op het vervoer van hulpelooze patiënten berekend zijn. Er zijn conversatiezalen, die wanneer zij geheel gereed zullen zijn een allergezelhgsten indruk maken. De trappen zijn breed en gemakkelijk te bestijgen. Overal zijn gezellige hoekjes aangebracht, waar breede banken nooden tot rust. Er is een synagoge, zóó intiem, zóó rustig en vol wijding als wij in zulk een kleine ruimte nog nimmer hebben aangetroffen. En dan zijn er de ziekenzalen. Dertien groote frissche ruimten, ingericht naar de laatste eischen van de moderne ziekenverpleging, met badkamers en

waschgelegenheden en op elke zaal een verblijf voor de verpleegsters, vanwaar uit zij de controle hebben over haar patiënten. Er zijn nog een groot aantal kleine ziekenkamers, eveneens zeer comfortabel ingericht, en die toegang geven tot breede en ruime balcons, die uitzien over een groot gedeelte van de stad. Nog is alles niet gereed. Doch als straks het gebouw, geheel afgewerkt zal worden opgeleverd, zullen de Bestuurders van ,,de Joodsche Invalide" met trots hun huis mogen toonen.

Sr

Het nieuwe gebouw van ,,de Joodsche Invalide".