IN EN OM GROOTER NEDERLAND
823
Beresteyn—Tromp onder de aandacht van het Indische en Nederlandsche publiek te brengen. HEd. zegt wat er te zeggen is, beter dan ik het zou vermogen.
Het woord, en de daad, zijn nu aan de Indische kunstkringen en het. Indisch kunstminnend publiek.
* *
Hier te Parijs is, door eenige leden der vereeniging Francexport, — eene associatie die zich voor het uitbreiden der Fransche handels-relaties in de gebieden buiten Frankrijk, en voornamelijk buiten Europa, ten doel stelt, — eene maatschap opgericht voor het doen van zaken met Nederlandsch-Indië, den naam voerende van France-ImportJ a v a.
De vennootschap is gevestigd te Parijs, 14 Rue Favart, en de Directie zetelt in Indië, te Soerabaia.
De Heer Henri Rey, sedert lang op Java gevestigd, is benoemd tot administrateurdirecteur der onderneming, welker doel is het vermeerderen van den import van Fransche artikelen in onze groote kolonie.
Francexport voert hiermede een der punten van zijn programma uit, dat — gelijk ik hierboven zeide — gericht is op het vermeerderen, het intensiever maken der handelsbetrekkingen van het moederland met de overzeesche gebieden, hetzij eigen, hetzij vreemde koloniën, dan wel Amerikaansche, Australische, Oost-Aziatische en Afrikaansche staten.
France-Import-Java gaat dus arbeiden in Insulinde, een rijk, een goedbestuurd, een weldra weêr bloeiend en voorspoedig koloniaal gebied, waar veel zal te doen zijn voor de Fransche industrie, naast de vaderlandsche nijverheid.
Tot heden toe, de Heer De Cock Buning heeft er op gewezen in een doorwrocht artikel in het Fransche tijdschrift Le Monde Nouveau, is het aandeel van Frankrijk in den Nederlandsch-Indischen import bedroevend klein. Ik zal het daarover in een volgend schrijven, aan de hand der door hem verstrekte cijfer:., nog wel eens hebben.
En ik vraag mij af waaraan deze veronachtzaming der Fransche nijverheid' is toe te schrijven.
Niet alleen, en zelfs niet in de voornaamste plaats, aan onwil der Nederlandsche en andere importeurs, maar veeleer aan zekere achterlijkheid der Fransche fabrikanten, niet wat hunne producten, maar wèl wat hunne wijze van zaken-doen, en hunne begrippen omtrent publiciteit betreft.
Gelukkig is dit conservatisme aan het verdwijnen, mede door den invloed van Francexport, en het bestuur van dit machtig handels-lichaam, — dat mij onlangs benoemde tot generaal-gedelegeerde voor Nederland en Nederlandsch-Indië(*) — heeft goede hoop dat de nieuwe dochter-onderneming een succes zal blijken te zijn.
De Heer Henri Rey zal ongeveer eind November a.s. te Soerabaia arriveeren, en vangt aanstonds met kracht de taak aan, hem door zijne nieuwe functiën op de schouders gelegd.
Zoo gaat Frankrijk voort, geduldig en gestadig. De regeering — zoowel die van Poincaré als het gouvernement-Herriot — steunt de pogingen der wakkere mannen die in tijden van hooge bekommering en nood: in 1915, met vooruftzienden blik de associatie Francexport stichtten; senatoren en kamerleden, uit handelskringen voortgesproten, zijn er bestuurslid van; vele honderden fabrikanten van de beste voortbrengselen der Fransche industrie maken er deel van uit.
De goede resultaten van het werken en streven der vereeniging zullen met uitblijven. En ook Nederlandsch-Indië zal er van profiteeren, al ware het alleen maar door het ontstaan eener machtige concurrentie tegen Duitsche en Amerikaansche monopolie-probeersels.
K. WYBRANDS. P a r ij s, 30 Sept. 1924.
(*) Ik ben te bereiken aan de bureaux der vennootschap: 14 Rue Favart te Parijs: K. W., per adres Francexport.