Boehbeoordeelingen.

sckrijving behoorende, niet alleen, maar tevens tot liet invlechten van bijzonderheden over geschiedenis, voortbrengselen en wat al, bij gelegenheid van het besprokene onderwerp, als wetenswaardig, of als van belang kan worden geacht.—'Het „Aardrijkskundig leesboek" geeft derhalve meer dan de titel belooft. Of echter, ingevolge den titel, dit werk geschikt is om „met de beginselen der aardrijkskunde bekend te worden," is eene andei'e vraag, eene vraag, welke wij niet volmondig met^'a zouden durven beantwoorden. Aardrijkskundige kennis kan men door de lezing opdoen, en men zal die opdoen op eene aangename en gemakkelijke wijze; doch geenszins op eene wetenschappelijke wijze. Een onderhoudend „leesboek" is het, dit stemmen wij toe, en het zal derhalve mot genoegen ter hand genomen worden; maar wetenschappelijk onderrigt zal men uit dit leesboek niet putten. Vele zaken toch zijn oppervlakkig behandeld, deels dewijl een geschrift, dat op aangename en gemakkelijke wijze kundigheden wil mededeelen, zulks niet duldt, deels van wege de menigvuldige onnaauwkeurigheden, die wij in de behandeling hebben opgemerkt.

Reeds spoedig verneemt de lezer wat een expeditie' kantoor is, en wat op zee praaijen beteekont, alsmede ww lengte, breedte, evennachtslijn en parallelen zeggen wil. — Dat het nulpunt op onze zeekaarten over Greenwich ge' trokken wordt (bl. 9), voldoet ons in geenon deele. Over monarchiën en constitutionele staten wordt gesproken op bl. 13, waar mede eenige woorden gezegd worden over üepubliek, welke de zaak geenszins duidelijk voorstellen. — Men ontvangt berigt van koffij - en suikercultuur (bl. 25), doch gebrekkig. Wat verder verneemt men, dat de reiziger, wiens togten alhier tot leidraad dienen,