Hoe wordt Tsjechoslowakije geregeerd? door Dr. J. Valkhoff

De democratie is in het conflict tussen Duitsland en Tsjecho* Slowakije in het spel. Herhaaldelijk hoorde of las men dit in deze dagen. De Tsjechische staatspresident en de ministers wezen er telkens met nadruk en trots op, dat hun staat democratisch is. Het Duitse staatshoofd („Führer und Reichskanzler") hoonde op onbehoorlijke wijze de Tsjechische en andere democratieën. De democratie is in Tsjechoslowakije „kind aan huis", schrijft Mr. Dr. G. J. van Heuven Goedhart in zijn boek: „Onrust in het land van Masaryk",1) waarin men op vlotte en bevattelijke wijze voorgelicht wordt over dit land in het algemeen en over het Sudeten*Duits probleem in het bijzonder. Het kan ook eigenlijk niet anders in het land van Masaryk, van welken stichter van de Tsjechoslowaakse staat („Bevrijder des Vaderlands", „Vader des Vaderlands") in ditzelfde boek gezegd wordt, dat hij wellicht „de beste democraat" was, „dien dc wereld ooit rijk is geweest".2)

Toch is het, nu Tsjechoslowakije na de Anschluss van Oostenrijk, waardoor dit als kleine, maar zelfstandige Christelijke bondsstaat verdween en als louter administratief onderdeel bij de grote nationaal* socialistische staat Duitsland ingelijfd werd, zo in het middelpunt van de belangstellling van de gehele wereld staat, wel de moeite waard, op dit moment hier, in onze nog met rust gelaten, zoveel oudere democratische Nederlandse volksgemeenschap, eens na te gaan, of werkelijk de Tsjechoslowaakse staat zo democratisch is als — prijzend of honend — gezegd en geschreven wordt. Het feit, dat in dit voor ons land aan jubilea (staatshoofd; codificatie) zo rijke jaar, juist in deze voor Tsjechoslowakije zo dieptragische maanden, de staat daar twintig jaar bestaat (28 October 1938), kan als bijzondere aanleiding gelden, om in korte trekken het een en ander over de Tsjecho* Slowaakse staatsinrichting mede te delen.

Er bestaat n.1. wel nog al wat Nederlandse literatuur over den groten staatsman, geleerde, filosoof, socioloog Masaryk, in wien de eigenschappen van man van de daad en van denker op zo wonderbaars lijke wijze verenigd waren. Zo weten wij uit het opstel van J. Kalma m „Geestelijke leiders", waarin deze goed Masaryk's religieus levens* besef, zijn practische levenshouding, zijn evenwicht en harmonie naar voren haalt, welke ook in Emil Ludwig's mooie gesprekken met Masaryk zo duidelijk blijken, wat Masaryk als staat wilde: „Hij wilde een demokratie op religieus4iumanistische grondslag, een demokratie, waarvoor veel geduld en verdraagzaamheid nodig was en waarbij het gemeenschapsgevoel sterk ontwikkeld moest zijn." Kalma voegt hier* aan toe: „En deze demokratie groeide onder zijn leiding. Hij heerste

Mr Dr. G. J. van Heuven Goedhart: Onrust in het land van Masaryk, blz. 105; zie ook blz. 107—109, 148, 166 en 191-192. (1938) 2) Mr Dr G J. van Heuven Goedhart: Onrust in het land van Masaryk, blz. 29.

548