FREULE NANCY

79

Wat niet mag, is altijd aantrekkelijker dan wat wel mag. En de verboden vrucht is mooier, zoeter, lekkerder dan de mooiste appel, die ons aangeboden wordt

Op dien Zondagmiddag was de familie uitgegaan, en de gouvernante was met zware hoofdpijn (zei ze) en een licht romannetje naar bed gegaan.

En freule Nancy profiteerde van de gelegenheid om te ontsnappen. Ze wandelde vastberaden door een klein zijhek den straatweg op, en zij behoefde slechts over te steken om van den aristocratischen naar den democratischen kant te komen.

Het lawaai in den speeltuin was oorverdoovend; het meisje deinsde er even voor terug. Maar toen wierp zij zich er in, zooals een duiker zich in het water werpt. Dat was wel heel gek, dacht zij nog, dat je zoo maar ineens mee kon doen, in zoon tuin. Maar toen deed ze dan ook mee! Er was een school, en een groote kinderpartij, en nog eenige kleinere. Misschien viel zij in het begin nog op, door haar keurige kleeren, doch dat was slechts een kwestie van tien minuten. Een roetsjbaan, een wip, een zweefbaan, en dergelijken, zijn stoffige vermaken, zij hebben een nivelleerenden invloed op het uiterlijk, naar den zwarten kant! Nancy weerde zich geweldig. Het was alsof een soort van roofridder-atavisme zich ineens ging uitvieren. Woest zwaaide zij in den zweefmolen rond, eens trok zij een ander groot en boos kind van een wip af, en ongegeneerd dronk zij twee glazen limonade uit, die ergens ingeschonken stonden.

Ten slotte raakte zij bij een schommel slaags met een jongen met een liggend boordje, die op haar hand had getrapt.

En op dat moment reed de heer Garders, die de familie naar het verafgelegen spoorwegstation had gebracht, met den leegen auto langs den kinderspeeltuin.

De heer Garders keek er naar met den blik waarmede een fatsoendelijk man naar iets gemeens kijkt. En toen dacht de heer Garders dat hij een akelig visioen zag, en hij remde dat de wielen knersten. Was dat freule Nancy,