EMMA, DE BRUID

rend, lachte Folly, en keek hem over haar glas zóó betooverend aan, dat hij zei:

— Maar ook üw bekoring is zeer fascineerend

— Ja, zei Folly, het compliment aanvaardend als de natuurlijkste zaak van de wereld, ik heb wel iets van champagne, hè?

Het flirten was in vollen gang. En aan den overkant van de tafel deed Antoine's «future future» de wanhopigste pogingen, om iets te verstaan van het geanimeerd gesprek. Natuurlijk verstond zij niets, want het was ten eerste te ver, ten tweede spraken de twee te rad, ten derde moest zij praten met haar eigen cavalier en ten vierde mocht zij natuurlijk niets laten merken.

Maar in haar hart ontstond een haat tegen Folly, zóó fel, »dat ik er me best aan kon schroeien«, zou Folly hebben gespot als zij het had geweten.

En aan een andere zijde der tafel amuseerde ook Ips zich best.

Zij liet zich het hof maken door een getrouwden man. Waarom niet? Getrouwde mannen zijn sans conséquence, je kan aardig tegen hen zijn, zonder dat je dadelijk verdacht wordt avances te maken; en zonder dat je liefheid engagementsgevolgen behoeft te hebben; en komt er een serieuse wending in het spel, wel, dan bestaat er nog altijd de mogelijkheid van zijn scheiding, nietwaar!

En in dit geval was de vrouw van den getrouwden man zelf een sansscrupule. Dus!

Ips stak een sigarette op. Haar cavalier lichtte een kaars uit een der zilveren kandelaars en gaf haar vuur. En door de vlam van de kaars heen zagen zij elkanders oogen, op vreemde wijze doorlicht. En zijn stem zei hetzelfde, wat zij had gedacht:

— Oogen als uit 'n droom.

— Dan toch 'n mooie droom wil ik hopen?

— Van mijn kant, ja!

— En u durft niet vragen, hoe 't bij mij is gesteld?

— Durven u tart me! En hoe is 't bij u?

— Wel, zei Ips, ja! ik droom heel prettig op 't oogen-