Het Huis

Pour cette petite maison de Baisieux, toujours si accueillante.

Hier is bet buis, de bof, de wei

En op ’t dak de blauwe duivenrij

Een kamer stil, met open haard

Waarvan mijn harte de vlam bewaart.

Peinzende zetels met franjes veel.

Met rug en armen van fluweel.

’t Klavier waarin ik dien avond sloot

Mijn laatsten zang voor ik henenvlood....

Hier is bet buis, dat met gullen lach

Den zwerver ontving en zijn liefde zag.

De zwerver ging met een traan en zweeg.

Bleef ook bij den baard zijn plaatsje leeg P

F. V. E

Erratum. In afl. 8, blz. 366, leze men dè eerste stropbe van bet gedicht Verlangen als volgt :

Mocht immermeer de geur, kind, van uw haren

In deze kamer, die gij pas verliet,

In deze kamer blijven waren,

Er waren, doch er sterven niet I