3. Het gebied, gelegen als vermeld in artikel 3, lid 3, kolom 1, onder o 2 , van deze wet, wordt, te rekenen van 16 Juli 1949, te 8 uur voormiddag, geacht te behoren tot het grondgebied van het Rijk.

4. De in het eerste, tweede en derde lid bedoelde gebieden worden verder in deze wet aangeduid als het bij het Rijk gevoegde gebied.

5. Waar verder in deze wet gesproken wordt van het in artikel 1 bedoelde tijdstip wordt daaronder voor de gebieden, bedoeld in het eerste lid, voor het gebied, bedoeld in het tweede lid, en voor het gebied, bedoeld in het derde lid, verstaan het onderscheidenlijk in het eerste, tweede en derde lid genoemde tijdstip.

Artikel 2

Te rekenen van het in artikel 1 bedoelde tijdstip geldt in het bij het Rijk gevoegde gebied bij uitsluiting het Nederlandse recht, voorzover niet bij of krachtens deze wet anders is bepaald.

Artikel 3

1. Het voor het gedeelte van het bij het Rijk gevoegde gebied, gelegen ten Zuid-Oosten van de gemeente Zevenaar, ingestelde drostambt Elten wordt geacht een Nederlandse gemeente te vormen. Het drostambt Elten wordt geacht deel uit te maken van de provincie Gelderland.

2. Het voor het gedeelte van het bij het Rijk gevoegde gebied, gelegen ten Oosten van de gemeenten Nieuwstadt en Sittard, ingestelde drostambt Tudderen wordt geacht een Nederlandse gemeente te vormen. Het drostambt Tudderen wordt geacht deel uit te maken van de provincie Limburg.

3. Het gedeelte van het bij het Rijk gevoegde gebied, gelegen als hierna vermeld in kolom 1, wordt geacht deel uit te maken van het gebied van de daarachter genoemde gemeente, met dien verstande, dat de grens tussen de gemeenten Denekamp en Losser, Ubach over Worms en Eijgelshoven, en Eijgelshoven en Kerkrade in het bij het Rijk gevoegde gebied voorlopig wordt vastgesteld bij beschikking van Onze Minister van Binnenlandse Zaken. Die gedeelten worden geacht deel uit te maken van de provincie, waartoe de gemeenten behoren, waarvan zij geacht worden deel uit te maken.

a. ten O. en Z.O. van de grens tussen de gemeente Beerta en Duitsland, tussen de grenspalen 202C en 196 Hl .................. b. ten Oosten van de grens tussen de gemeente Bellingwolde en Duitsland, tussen de grenspalen 187 en 183 ............ c. ten Oosten van de grens tussen de gemeente Vlagtwedde en Duitsland, tussen de grenspalen 181 en 172 .................. Beerta; Bellingwolde; Vlagtwedde;