niet minder kinderbijslag dan hij zou ontvangen indien de Kinderbijslagwet op hem van toepassing zou zijn”.

Artikel III

Dit besluit treedt in werking op de tweede dag volgend op die van de dagtekening van het Staatsblad, waarin het zal zijn geplaatst, en heeft ten aanzien van natuurlijke of zieke en gebrekkige kinderen terugwerkende kracht tot 1 Januari 1951, met dien verstande, dat over het tijdvak 1 Januari 1951 tot en met 31 Maart 1951 het minimum van de kindertoelage bedraagt:

f 171.60 per jaar, f 14.30 per maand of f 3.30 per week, en het maximum:

f 264.—- per jaar of f 22.— per maand.

Onze Ministers, hoofden van Departementen van Algemeen Bestuur, zijn, ieder voorzoveel hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State en aan de Algemene Rekenkamer.

Soestdijk, 11 December 1951.

JULIANA.

De Minister van Binnenlandse Zaken, BEEL.

De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, A. M. JOEKES.

Uitgegeven de acht en twintigste December 1951.

De Minister van Justitie, H. MULDERIJE.