STAATSBLAD

VAN HET

KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

WET van 21 December 1951, houdende wijziging van Hoofdstuk Vil A en artikel 21 van het Besluit herstel rechtsverkeer.

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is Hoofdstuk VIIA en artikel 21 van het Besluit herstel rechtsverkeer te wijzigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I

Hoofdstuk VIIA Van de afdeling onroerende goederen van het Besluit herstel rechtsverkeer ( Staatsblad No. E 100), welk hoofdstuk werd ingelast bij Artikel X van het Koninklijk Besluit van 16 November 1945 ( Staatsblad No. F 272), wordt gelezen:

„HOOFDSTUK VIIA

Van de afdeling onroerende goederen

Artikel 113a

1. De afdeling onroerende goederen is belast met de uitvoering van het bepaalde in dit hoofdstuk. Geschillen ten aanzien van onroerende zaken, voortvloeiende uit het bepaalde in hoofdstuk III, worden te harer kennis gebracht.

2. Belanghebbenden in de zin van dit hoofdstuk zijn allen, die te eniger tijd na 9 Mei 1940 eigenaar van of zakelijk gerechtigde tot een onroerend goed zijn geweest of als kopers in de openbare registers ten hypotheekkantore zijn vermeld, alsmede hun rechtverkrijgenden onder algemene titel.

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Bijl. Hand. II 50/51, 2236; Bijl. Hand. II 51/52, 2236; Hand. II 51/52, bladz. 831; Bijl. Hand. I 51/52, 2236; Hand. I 51/52, bladz. 92.