Artikel 45

Geen straf wordt opgelegd dan nadat de overtreder door hem, die de straf oplegt, is gehoord.

TITEL XI

Onderbreking der straf. Verlaten van het gesticht

Artikel 46

In bijzondere gevallen kan Onze Minister bepalen, dat de tenuitvoerlegging van een vrijheidsstraf gedurende een tijdvak van ten hoogste drie maanden wordt onderbroken.

Artikel 47

In bijzondere gevallen kan Onze Minister een gedetineerde vergunnen tijdelijk, onder door de Minister te stellen waarborgen, het gesticht te verlaten.

TITEL XII

Bijzondere bepalingen betreffende de rijksasyls voor psychopathen

Artikel 48

Over de rijksasyls wordt een algemeen toezicht uitgeoefend door de Centrale Raad van Advies voor het Gevangeniswezen, de Psychopatenzorg en de Reclassering, sectie psychopathenzorg.

Artikel 49

Omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van elk der in een rijksasyl opgenomen personen worden door of vanwege de geneesheer-directeur geregeld aantekeningen gehouden en verzameld, overeenkomstig voorschriften te stellen bij algemene maatregel van bestuur.

Artikel 50

In de rijksasyls voor psychopathen kunnen disciplinaire straffen worden opgelegd, vermeld in artikel 44, behoudens dat in stede van opsluiting in een strafcel opsluiting in een afzonderingsvertrek voor de tijd van ten hoogste zestien dagen kan worden toegepast.

Artikel II

In het Wetboek van Strafrecht worden de volgende wijzigingen gebracht:

1. Artikel 11 wordt gelezen als volgt:

„Gevangenisstraf wordt naar gelang van de persoonlijkheid van de veroordeelde in algehele of in beperkte gemeenschap dan wel in afzondering ondergaan.”

2. Artikel 12 wordt gelezen als volgt:

„Iedere gevangene wordt voor zoveel mogelijk geplaatst in een gesticht, welks regiem het meest met zijn persoonlijkheid strookt waar-