credietbanken, voorzover deze uitsluitend als spaarbank werkzaam zijn, op spaarkassen, die onder de Wet op het Levensverzekeringbedrijf (Staatsblad 1922, no. 716) vallen, en op andere door Ons aan te wijzen organisaties, ondernemingen of instellingen.

Artikel 20

1. Voorzover bepalingen in de statuten, reglementen en andere interne regelingen van geregistreerde credietinstellingen of in overeenkomsten door zodanige credietinstellingen met derden gesloten in strijd zijn met de bepalingen van deze wet of van de krachtens deze wet door Ons genomen of goedgekeurde besluiten, blijven zij buiten toepassing.

2. Het gestelde in het eerste lid geldt niet, indien de Bank zulks in een bijzonder geval voor een door haar vast te stellen termijn bepaalt.

Artikel 21

1. De bepalingen dezer wet vinden overeenkomstige toepassing ten aanzien van buiten het Rijk gevestigde credietinstellingen, die hier te lande een of meer bijkantoren, agentschappen of blijvende vertegenwoordigingen hebben, doch zulks alleen voorzover haar bedrijf in Nederland betreft.

2. Credietinstellingen, als in het eerste lid bedoeld, die in het register staan ingeschreven, zijn verplicht voor haar bedrijf hier te lande een afzonderlijke boekhouding te voeren.

Artikel 22

Het is aan ieder, die uit hoofde van de toepassing dezer wet of van de krachtens deze wet door Ons te nemen besluiten enige taak vervult, verboden van gegevens of inlichtingen, ingevolge deze wet door ondernemingen of instellingen verstrekt, of van gegevens of inlichtingen, bij het onderzoek van boeken en bescheiden verkregen, verder of anders gebruik te maken of daaraan verder of anders bekendheid te geven dan voor de uitoefening van zijn functie of door deze wet wordt geëist.

Artikel 23

De kosten, die voor de Bank of voor de organen, aan welke de uitvoering van het toezicht op geregistreerde credietinstellingen mede mocht worden opgedragen, zijn verbonden aan de uitvoering van deze wet en de krachtens deze wet door Ons genomen besluiten, kunnen door de Bank of door bedoelde organen overeenkomstig door Onze Minister van Financiën goed te keuren regelen op de geregistreerde credietinstellingen worden verhaald.

Artikel 24

1. De Bank doet periodiek, in een door Onze Minister van Financiën goed te keuren vorm, in de Nederlandse Staatscourant