d. de akte N XIX verleent de bevoegdheid tot het geven van onderwijs in de huishoudkunde aan scholen voor voortgezet gewoon en uitgebreid lager onderwijs.

6°. artikel 27, het vijfde lid van artikel 28, artikel 29, het eerste lid van artikel 12*9, het derde lid van artikel 179, artikel 191 en artikel 192 worden gelezen als volgt:

Artikel 27. 1. Aan het hoofd van elke school is een onderwijzer geplaatst, in het bezit van de akte van bekwaamheid als volledig bevoegd onderwijzer, die de leeftijd van vijf en twintig jaren heeft volbracht en een diensttijd van ten minste drie jaren heeft vervuld als vast of tijdelijk onderwijzer aan een lagere school of als waarnemer volgens artikel 41.

2. Niettemin kan aan het hoofd van een school voor gewoon lager onderwijs en van de school voor uitgebreid lager onderwijs, welke in hetzelfde gebouw is gevestigd, mits deze beide scholen te zamen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 28, zesde lid, niet meer dan 350 leerlingen tellen, eenzelfde onderwijzer worden geplaatst. In dat geval is aan de school voor gewoon lager onderwijs één onderwijzer meer werkzaam, dan in artikel 28 is bepaald.

3. Aan het hoofd ener school kan voor een tijdvak van ten hoogste zes maanden een onderwijzer, die niet aan de in het eerste lid gestelde eisen voldoet, worden geplaatst.

4. Behoudens voor zover betreft scholen, waaraan volgens de maatstaf van artikel 28 het hoofd door negen of meer onderwijzers wordt bijgestaan, is aan de onderwijzer, bedoeld in het eerste lid, tevens het onderwijs van een klasse opgedragen. Van deze verplichting kan Onze Minister, de Onderwijsraad gehoord, in bijzondere gevallen vrijstelling verlenen.

Artikel 28, vijfde lid. 5. Onder de onderwijzers, in dit artikel bedoeld, worden verstaan zij, die in het bezit zijn van een der akten van bekwaamheid, bedoeld in artikel 41, onder a en b, der Kweekschoolwet, en niet uitsluitend belast zijn met het geven van onderwijs *n één of meer der vakken, in artikel 2 vermeld onder h tot en met v . of in een of meer niet in artikel 2 vermelde vakken.

Artikel 29. Het onderwijs in de laagste twee leerjaren ener school voor gewoon lager onderwijs, of aan scholen met twee leerkrachten *n de laagste drie leerjaren, wordt zo enigszins mogelijk opgedragen aan onderwijzeressen.

Artikel 129, eerste lid. 1. Niemand mag lager onderwijs geven, die niet in het bezit is van de bij deze wet gevorderde bewijzen van zedelijkheid en van een der in de Kweekschoolwet genoemde bewijzen van bekwaamheid.

Artikel 179, derde lid. 3. Voor de hoofdinspecteurs, de inspecteurs en de schoolopzieners moeten alle inrichtingen voor opleiding van