Artikel 5

1. De secretaris van de raad zendt onverwijld afschrift van de beslissing, houdende verzet tegen de inschrijving:

a. aan de verzoeker;

b. aan de rechtbank, bij welke inschrijving is verzocht.

2. De verzoeker kan gedurende een maand na de dagtekening van het schrijven, waarbij het afschrift van de beslissing hem is gezonden, beklag doen bij het gerechtshof.

3. Het beklag wordt gedaan bij verzoekschrift, in tweevoud in te dienen en vergezeld van een afschrift van de beslissing, waartegen het beklag is gericht. Het verzoekschrift behoeft niet door een procureur te worden ondertekend. De griffier zendt onverwijld een der exemplaren van het verzoekschrift aan de raad, die de beslissing heeft genomen.

Artikel 6

1. Het onderzoek en de beslissing op het beklag geschieden in raadkamer. Geen beslissing wordt genomen dan na verhoor of behoorlijke oproeping van de verzoeker en van de raad.

2. De raad kan zich door zijn deken of een zijner leden doen vertegenwoordigen; de verzoeker kan zich door een advocaat doen bijstaan.

Artikel 7

1. De griffier zendt onverwijld afschrift van de beslissing:

a. aan de verzoeker; b. aan de raad; c. aan de rechtbank, bij welke de inschrijving werd verzocht.

2. Van de beslissing vari het gerechtshof kan gedurende een maand na de dagtekening van het schrijven, waarbij het afschrift van de beslissing is gezonden, beroep in cassatie bij de Hoge Raad worden ingesteld:

a. door de verzoeker;

b. door de raad.

3. Het beroep in cassatie wordt ingesteld bij verzoekschrift, in tweevoud in te dienen door een advocaat bij de Hoge Raad en inhoudende de middelen van cassatie. Geen andere middelen komen bij ’s Raads beslissing in aanmerking.

4. De griffier van de Hoge Raad zendt onverwijld een der exemplaren van het verzoekschrift aan de raad, indien de verzoeker beroep in cassatie heeft ingesteld, en aan deze, indien zodanig beroep door de raad is gedaan.

Artikel 8

1- Het onderzoek en de beslissing in cassatie geschieden in raadkamer.