rechtbank uit een door de raad opgemaakte voordracht van twee personen voor elke vacature.

2. De rechtbank regelt tevens de aftreding; de aftredenden zijn opnieuw benoembaar.

Artikel 71

1. Het hoofddoel van het bureau van consultatie is om op de voet van het bepaalde in de artikelen 872—874 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering aan on- of minvermogenden een advocaat of procureur toe te voegen. Het kan overigens de voorlichting verschaffen, die het dienstig acht.

2. Met inachtneming van het bepaalde in artikel 872, derde lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bepaalt het bureau, of de toegevoegde advocaat of procureur zijn raad en bijstand kosteloos, dan wel tegen tot de helft verminderd tarief verleent.

Artikel 72

Indien het bureau de verlangde toevoeging weigert, wordt de aanvrager op diens verzoek, en tegen betaling der kosten, van deze beslissing een schriftelijk bewijs verstrekt.

Artikel 73

1. Het bureau is bevoegd zich in afdelingen van ten minste twee leden te splitsen.

2. Indien het bureau in afdelingen is gesplitst, geschiedt het onderzoeK en de beslissing door een afdeling.

Artikel 74

Het bureau of een der afdelingen vergadert naar de behoeften.

§ 7. Van de raad van rechtsbijstand in strafzaken

Artikel 75

In elk arrondissement wordt een raad van rechtsbijstand in strafzaken ingesteld, ten minste uit drie advocaten bestaande, te benoemen door de rechtbank uit een door de raad van de orde in het arrondissement opgemaakte voordracht van twee personen voor elke vacature. De artikelen 70, tweede lid, 73 en 74 zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 76

Het hoofddoel van de raad van rechtsbijstand is om op de voet van het bepaalde in de artikelen 41 en 42 van het Wetboek van Strafvordering aan onvermogende verdachten een raadsman toe te voegen. Voorts kan hij ook aan andere personen, die zich krachtens het Wetboek van Strafvordering door een advocaat kunnen doen bijstaan, in geval van onvermogen een advocaat toevoegen en overigens ln strafzaken de voorlichting verstrekken, die hij dienstig acht.