8. Voor het geval Onze Minister met toepassing van het bepaalde in artikel 2 zelf de maatregel neemt vindt het bepaalde in dat artikel overeenkomstige toepassing met dien verstande, dat Onze Minister in de plaats treedt van Gedeputeerde Staten.

9. Ook voordat het Hof op het verzoek uitspraak heeft gedaan kan tot uitvoering van de betreffende maatregel worden overgegaan.

Artikel 6

1. De schade door de uitvoering van de in de artikelen 1, 2, 4, vijfde lid, en 5, zesde lid, bedoelde maatregelen toegebracht aan hen, die rechthebbenden zijn naar burgerlijk recht, wordt vergoed.

2. Tot het verkrijgen van schadevergoeding als bedoeld in het eerste lid moeten rechthebbenden binnen drie maanden na het ontstaan van de schade een met redenen omkleed verzoekschrift indienen bij Gedeputeerde Staten van de provincie, of provinciën, waarin de maatregel wordt uitgevoerd.

3. Binnen zes maanden nadat Gedeputeerde Staten het verzoekschrift hebben ontvangen doet dit College of doen deze Colleges aan de rechthebbende een voorstel tot vergoeding van de schade.

4. Heeft de rechthebbende binnen de in het vorige lid genoemde termijn geen voorstel tot vergoeding van de schade ontvangen, of stemt hij niet in met dat voorstel, dan kan hij de kantonrechter verzoeken de schadevergoeding vast te stellen.

Artikel 7

1. De bepalingen, voor burgerlijke twistgedingen geldende zijn op de twistgedingen, in artikel 6, vierde lid bedoeld, van toepassing, voor zover daarvan in de volgende leden niet wordt afgeweken.

2. Alle rechtsvorderingen tot vergoeding van schade, in artikel 6, vierde lid, bedoeld staan ter kennisneming van de kantonrechter.

3. De vordering moet worden gedaan binnen een maand na het verstrijken van de in artikel 6, derde lid, genoemde termijn.

4. De vordering wordt aanhangig gemaakt door de indiening in tweevoud van een met redenen omkleed verzoekschrift. De griffier zendt een exemplaar van het verzoekschrift binnen een week aan Gedeputeerde Staten van de provincie of provinciën, waarin de maatregel wordt uitgevoerd. Gedeputeerde Staten kunnen aan de rechter een vertoogschrift in tweevoud overleggen. De griffier zendt een exemplaar van het vertoogschrift onverwijld aan de verzoeker.

5. Indien, hetzij in het verzoekschrift, hetzij in het vertoogschrift, hetzij binnen één week na verzending van een exemplaar van het vertoogschrift aan de verzoeker, is verzocht de zaak mondeling te roogen toelichten of wel de rechter mondelinge toelichting nodig acht, worden de verzoeker en de door Gedeputeerde Staten aangewezen persoon tot dat einde door de griffier opgeroepen.