STAATSBLAD

VAN HET

KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

WET van 10 December 1952, houdende kwijtschelding verleende regeringscredieten aardappelmeel.

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het gewenst moet worden geacht de nog niet terugbetaalde gedeelten van de krachtens de Wet van 11 Maart 1931 ( Stb . 79) aan het Coöperatief Aardappelmeel-Verkoopbureau der Verenigde Boerenfabrieken te Veendam en enige aardappelmeelfabrieken verleende credieten, alsmede de daarover verschuldigde renten, aan de schuldenaars kwijt te schelden;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Enig Artikel

De ten tijde van de inwerkingtreding dezer Wet nog niet aan de Staat der Nederlanden terugbetaalde gedeelten van de ingevolge de wet van 11 Maart 1931 (Stb. 79) verleende credieten aan het Coöperatief Aardappelmeel-Verkoopbureau der Verenigde Boerenfabrieken te Veendam ad f 3 488 419,64, aan de Coöperatieve Vereniging Aardappelmeelfabriek „Westerwolde” te Veelerveen ad f 109 086,28 on aan de Erven O. J. Meyer te Zuidwending ad f 41 130,—, alsmede de renten welke over deze credieten zijn verschuldigd, worden kwijtgescholden.

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Bijl. Hand. II 51/52, 2347; Bijl. Hand. II 52/53, 2347; Hand. II 52/53, bladz. 3099—3100; Bijl. Hand. I 52/53, 2347; Hand. I 52/53, bladz. 3007.