Artikel V

De volgende artikelen van het in Artikel / genoemde hoofdstuk vervallen:

TITEL A. GEWONE DIENST

AFDELING I. MINISTERIE.

Onderafdeling III. UITGAVEN VAN ALGEMENE AARD VAN HET MINISTERIE.

Artikel

9 Bijdrage aan Hoofdstuk VII B der Rijksbegroting in de uitgaven ten behoeve van de verzekering van ambtenaren bij het reizen per vliegtuig, ingevolge het Koninklijk Besluit van 15 Juni 1948 (Stb. I 240).

AFDELING Hl. MILITAIRE ZAKEN.

Onderafdeling V. UITGAVEN IN VERBAND MET DE REORGANISATIE VAN HET K.N.I.L. VOOR ZOVER TEN LASTE VAN NEDERLAND KOMEND.

39Bquater Uitgaven in verband met de leiding van de woonoorden van de in Nederland verblijvende Ambonnezen.

39C Uitgaven verband houdende met het onderwijs aan de tijdelijk naar Nederland afgevoerde Ambonnese ex-K.N.I.L.-militairen en hunne gezinnen.

39Cbis Uitkeringen aan Ambonnese ex-K.N.I.L.-militairen gedurende de reis naar Nederland.

39D Bijdrage aan Hoofdstuk V der Rijksbegroting betreffende kosten van huisvesting en verzorging van de tijdelijk naar Nederland afgevoerde Ambonnese ex-K.N.I.L.-militairen en hunne gezinnen.

39E Bijdrage aan Hoofdstuk VIH A der Rijksbegroting voor de kosten van het zeetransport en het vervoer te land van de tijdelijk naar Nederland afgevoerde Ambonnese ex-K.N.I.L.-militairen en hunne gezinnen.

Onderafdeling VI. VERZORGING VAN OUD-INDISCHE MILITAIREN.

42 Specifieke uitgaven voor de oud-Indische militairen.

AFDELING IV. SURINAME EN DE NEDERLANDSE ANTILLEN.

Onderafdeling III. NEDERLANDSE ANTILLEN.

56B Uitgaven ten behoeve van de huisvesting van het Kabinet van de Gouverneur.

Artikel VI

De reeds bestaande afdeling III (Suriname en de Nederlandse Antillen) van Titel B, Buitengewone Dienst, I Uitgaven van aflopend karakter, wordt vernummerd in IV.

Artikel VU

In de eerste alinea van Artikel V van de wet tot vaststelling van hoofdstuk XIII B der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1951 komen te vervallen de nummers 9 en 42.

Artikel VIII

Ten gevolge van het bepaalde in de voorgaande Artikelen van deze wet wordt:

verhoogd verminderd en mitsdien met: met: gebracht op: de Gewone dienst.......... / 36 635 854/ 89 125 853 de Buitengewone dienst I. Uitgaven van aflopend karakter . . . ./ 28 256 775 36 256 775 Gewone dienst Afdeling I.......... Onderafdeling I........ 1 084 1 278 310 229 508 Onderafdeling II........ Onderafdeling III....... Onder a fdeling IV....... Afdeli ng n .......... ..... 29 067 ..... 4 700 ..... 2 800 4 402 024 392 750 552 025 104 027 36 586 980

Afdeling III Afdeling III. . . Onderafdeling I . Onderafdeling II. Onderafdeling III Onderafdeling IV Onderafdeling V . Onderafdeling VI Afdeling IV Afdeling IV. . . Onderafdeling I . Onderafdeling II. Onderafdeling III Afdeling V Afdeling V . . . Onderafdeling I . Onderafdeling II. Afdeling VI. . . Afdeling VII Afdeling VII . . Onderafdeling I . Onderafdeling II. Afdeling VIII . . \ erhoogd verminderd en mitsdien inet: met: gebracht op: 28 637 346 30 445 892 1 200 38 220 310 020 5 279 735 596 992 2 615 697 1 341 000 15 782 150 27 016 574 6 415 690 6 000 314 400 45 424 1 137 571 3 371 118 560 15 688 649 360 64 483 369 651 52 153 113 408 23 062 65 590 29 091 47 818 1 807 753 2 719 076 ƒ 1 757 627 ƒ 16 407 300 ƒ 2 333 58 820 1 759 960 16 348 480 30 990 437 316

Buitengewone dienst I. Uitgaven van aflopend karakter ingevoegd: en gebracht op: Afdeling III Afdeling m...........................ƒ 28 256 775 Onderafdeling V......................... 28 256 775

Artikel IX

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na die harer afkondiging.

In afwijking van het bepaalde in de artikelen 16, 22, 63 en 78 van de Comptabiliteitswet (Stb. 1927, no. 259) kunnen ten laste van de in deze wet genoemde begrotingsartikelen uitgaven worden gedaan, ter verevening worden aangevraagd en worden verevend tot uiterlijk de veertiende dag na de inwerkingtreding dezer wet.

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle Ministeriële Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven ten Paleize Soestdijk, 22 April 1953.

JULIANA.

De Minister van Overzeese Rijksdelen, W. J. A. KERNKAMP.

Uitgegeven de negentiende Mei 1953. De Minister van Justitie, L. A. DONKER.

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal: Bijl. Hand. II 52/53, 2868; Hand. II 52/53, bladz. 663; Bijl. Hand. I 52/53, 2868; Hand. I 52/53, bladz. 440.