Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel 1. De hoedanigheid van Nederlander wordt bij deze verleend aan:
1° Hubert Breuer, geboren te Kerkrade (Limburg) 11 Mei 1912, mijnwerker, wonende te Kerkrade, provincie Limburg; 2° Walther Johannes Wilhelmus Brockhaus, geboren te Rotterdam (Zuidhólland) 25 Februari 1922, calculator, wonende te Enschede, provincie Overijssel; 3° Peter Nicolaus Hubert Dautzenberg, geboren te Eupen (België) 30 Juni 1872, zonder beroep, wonende te Vaals, provincie Limburg; 4° Maria Josefine Halder, geboren te Hemigkofen (Duitsland) 23 Maart 1913, hulp in de huishouding, wonende te Utrecht, provincie Utrecht; 5° Ivan Jan Hololtcheff, geboren te Amsterdam (Noordholland) 12 Maart 1928, student in de medicijnen, wonende te Amsterdam, provincie Noordholland; 6° Hubert Gerhard Kistermann, geboren te Roland, Kohlscheid (Duitsland) 30 December 1898, bankwerkerdraaier, wonende te Kerkrade, provincie Limburg; 1° Martha Knopf, weduwe van Hugo Simon, geboren te Sorau (Duitsland) 27 April 1883, zonder beroep, wonende te ’s-Gravenhage, provincie Zuidholland; 8° Martha Wilhelmine Köpke, geboren te Bremen (Duitsland) 27 Juni 1898, zonder beroep, wonende te ’s-Gravenhage, provincie Zuidholland; 9° Henri Loijen, geboren te Maastricht (Limburg) 8 December 1922, bankbediende, wonende te Maastricht, provincie Limburg; 10° Lucie Misch, weduwe van Hugo Friedlander, geboren te Berlijn (Duitsland) 24 Juni 1884, zonder beroep, wonende te ’s-Gravenhage, provincie Zuidholland; 11° Maria Mitnizka, geboren te Kiew (Rusland) 20 Januari 1899, pianolerares en vervaardigster van handwerken, wonende te ’s-Gravenhage, provincie Zuidholland; 12° Angelo Ramperti, geboren te Rotterdam (Zuidholland) 24 Mei 1905, schoorsteenveger-metselaar, wonende te Rotterdam, provincie Zuidholland; 13° Alfred Rau, geboren te Posen (Duitsland) 23 November 1902, foto-journalist, wonende te Bussum, provincie Noordholland; 14° Earle Geoffry Richardson, geboren te Anquilla (BritsWest-Indié) 30 October 1924, zeeman, wonende te Willemstad, Curagao (Nederlandse Antillen); 15° Johannes Gerardus Rondas, geboren te Maastricht (Limburg) 4 October 1927, smid-bankwerker, wonende te Maastricht, provincie Limburg; 16° Max Salomon, geboren te Aitona (Duitsland) 2 Januari 1891, koopman in dierlijke ruwe producten, wonende te Nieuwer-Amstel, provincie Noordholland; 17° Aleksander Siegel, geboren te Lancut (Polen) 10 Juli 1924, koopman in lompen, wonende te Amsterdam, provincie Noordholland; 18° Gustav Wagner, geboren te Wattenscheid (Duitsland) 10 October 1908, mijnwerker, wonende te Heerlen, provincie Limburg.
Artikel 2. Met afwijking van het bepaalde bij artikel 3, tweede en vierde lid, aanhef en onder 3°, der,wet van 12 December 1892 (Stb. 268) op het Nederlanderschap en het ingezetenschap, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 15 Mei 1953 (Stb. 233), wordt bij deze de hoedanigheid van Nederlander verleend aan:
1° Josephus Alphonsus Bloemen, geboren te Hengstdijk, thans Vogelwaarde (Zeeland) 17 Mei 1894, landarbeider, wonende te Haarlemmermeer, provincie Noordholland;
2° Stanislaw Stankiewicz, geboren te Sarnetki (Polen) 15 April 1920, lasser, wonende te Rotterdam, provincie Zuidholland.
Artikel 3. Met uitbreiding van het bepaalde bij artikel 6 der wet van 12 December 1892 (Stb. 268) op het Nederlanderschap en het ingezetenschap, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 15 Mei 1953 (Stb. 233), wordt bij deze de hoedanigheid van Nederlander verleend aan:
1° Rosalia Maria Bloemen, geboren te Hengstdijk, thans Vogelwaarde (Zeeland) 29 December 1930, passementwerkster in een lampekappenfabriek, wonende te Haarlemmermeer, provincie Noordholland; 2° Johann Kistermann, geboren te Wiirselen (Duitsland) 20 November 1925, bankwerker, wonende te Kerkrade, provincie Limburg; 3° Peter Kistermann, geboren te Heerlen (Limburg) 22 November 1930, bankwerker, wonende te Kerkrade, provincie Limburg; 4° Gustav Wagner, geboren te Heerlen (Limburg) 8 September 1931, typograaf, wonende te Heerlen, provincie Limburg.
Artikel 4. Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na die van haar afkondiging.
Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle Ministeriële Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven ten Paleize Soestdijk, 23 Juli 1953.
JULIANA.
De Minister van Justitie,
L. A. DONKER.
Uitgegeven de acht en twintigste Juli 1953.
De Minister van Justitie, L. A. DONKER.
Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal: Bijl. Hand. II 52/53, 3025; Hand. II 52/53, bladz. 2766; Bijl. Hand. I 52/53, 3025; Hand. I 52/53, bladz. 2251.
354
BESLUIT van 23 Juli 1953, houdende de aanwijzing van de oefening „Drietand” als militaire oefening in de zin van artikel 6! van de Ink wartieringswet.
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederi anden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken van 22 Juli 1953, nr 35709;
Gelet op artikel 61 van de Inkwartieringswet;
Hebben goedgevonden en verstaan: aan te wijzen de oefening: „Drietand”, zijnde een oefening in het mobiliseren van de derde divisie, welke oefening zal worden gehouden in de loop van de maand Augustus 1953, als militaire oefening, bedoeld in artikel 61 van de Inkwartieringswet.
Dit besluit treedt in werking op 1 Augustus 1953.
Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, is belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk in het Staatsblad en in de Staatscourant zal worden geplaatst.
Soestdijk, 23 Juli 1953.
JULIANA.
De Minister-President,
Minister van Algemene Zaken,
W. DREES.
Uitgegeven de acht en twintigste Juli 1953.
De Minister van Justitie,
L. A. DONKER.