STAATSBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

546 BESLUIT van 9 December 1953 tot uitvoering van de artikelen 6, 7, 9, 11, 13 en 37 der Kweekschoolwet. (Kweekschoolbesluit.)

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen van 16 November 1953, no. 6294, afdeling Lager Onderwijs;

Gelet op de artikelen 6, 7, 9, 11, 13 en 37 der Kweekschoolwet;

De Raad van State gehoord (advies van 1 December 1953, no. 28);

Gezien het nader rapport van Onze voornoemde Minister van 8 December 1953, no. 9922, afdeling Lager Onderwijs;

Hebben goedgevonden en verstaan:

HOOFDSTUK I

Algemene bepaling

Artikel 1 . 1. In dit besluit wordt verstaan onder:

„de wet”: de Kweekschoolwet;

„Onze Minister”: Onze Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen;

„de Onderwijsraad”: de afdeling van die raad voor het algemeen vormend lager onderwijs, het kweekschoolonderwijs en het kleuteronderwijs;

„de hoofdinspecteur”: de hoofdinspecteur van het lager onderwijs, belast met het toezicht op het kweekschoolonderwijs.

2. Waar wordt gesproken van directeuren en leraren, zijn daaronder ook directrices en leraressen te verstaan.

HOOFDSTUK II

De openbare kweekscholen AFDELING I

Het onderwijs

§ 1. De aan de kweekscholen verbonden cursussen Artikel 2. Onze Minister beslist, of aan een kweekschool een of meer cursussen zullen worden verbonden en welke dat zullen zijn. Alvorens zijn beslissing te nemen, hoort hij de directeur der kweekschool alsmede de hoofdinspecteur.

Artikel 3. 1. Het onderwijs aan een cursus, als bedoeld

m het vorige artikel, wordt gegeven in overeenstemming met ecn leerplan, dat de omvang van het onderwijs en het aantal wekelijkse lesuren aangeeft, alsmede het aantal leerjaren, en, Wanneer dit meer dan één bedraagt, de verdeling van de leerstof over de leerjaren.

2- Het leerplan wordt door de in artikel 5 bedoelde directeur in overleg met de daarbij betrokken leraren ontworpen ? n door Onze Minister, na ingewonnen advies van de hoofduispecteur, al dan niet gewijzigd vastgesteld.

3- De regeling der schooltijden geschiedt volgens een roos, er van lesuren, waarvan het aantal gelijk moet zijn aan dat, ‘ n hut leerplan vastgesteld. De rooster vermeldt tevens de mestdagen en vacantietijden. Hij wordt in overleg met de bij e cursus betrokken leraren op voorstel van de directeur door nze Minister, de hoofdinspecteur gehoord, vastgesteld. Van

afwijking van de rooster doet de directeur mededeling aan de hoofdinspecteur.

Artikel 4 . 1. Als leraar aan een cursus, welke strekt ter

opleiding voor een wettelijke bevoegdheid, als bedoeld in artikel 6, derde lid, der wet, kunnen worden benoemd zij, die als directeur of als leraar aan een kweekschool benoembaar zijn voor het vak of voor de vakken, die zij aan de cursus zullen onderwijzen.

2. Als leraar aan een der overige in artikel 6, derde lid, der wet bedoelde cursussen kunnen mede worden benoemd zij, die van Onze Minister een bewijs van geschiktheid tot het geven van onderwijs in het desbetreffende vak hebben verkregen.

Artikel 5. 1. De directeur van de kweekschool is belast

met de leiding van de cursus of van de cursussen.

2. Onze Minister stelt in overeenstemming met Onze Minister van Binnenlandse Zaken de beloningen vast van hen, die aan de cursus worden benoemd. In bijzondere gevallen kan aan de directeur eveneens een beloning worden toegekend.

Artikel 6. 1. Om tot een cursus, bedoeld in artikel 4,

eerste lid, te kunnen worden toegelaten, moet de candidaat voldoen aan de onderwijskundige eisen, die in artikel 45 der wet zijn gesteld voor toelating tot het examen, waarvoor de cursus voorbereidt.

2. Om tot een cursus, bedoeld in artikel 4, tweede lid, te kunnen worden toegelaten, moet de candidaat in het bezit zijn van de akte van bekwaamheid als onderwijzer.

3. In bijzondere gevallen kan Onze Minister, de directeur gehoord, van de in het eerste en tweede lid gestelde voorwaarden ontheffing verlenen.

4. Onze Minister beslist, wie als leerling tot een cursus wordt toegelaten.

Artikel 7. Het toezicht op de cursussen is aan Onze Minister opgedragen. Het wordt onder zijn gezag uitgeoefend door de hoofdinspecteur.

§ 2. Het algemeen leerplan voor de eerste en de tweede leerkring van de kweekschool

Artikel 8. 1. De cursus vangt aan op de eerste Dinsdag

in September.

2. Er zijn vier vacanties.

3. De eerste vacantie wordt gehouden in de week, waarin 1 November valt, en omvat de dagen Maandag, Dinsdag en Woensdag, wanneer 1 November op een dier dagen of de daaraanvoorafgaande Zondag valt, en de dagen Donderdag, Vrijdag en Zaterdag, wanneer 1 November op een dezer dagen valt.

4. De tweede vacantie begint op 23 December na afloop van de schooltijd, of, wanneer 23 December op Maandag of op Zaterdag valt, respectievelijk op 20 of 22 December na afloop van de schooltijd en eindigt op de avond van 6 Januari, of, wanneer 6 Januari op een Vrijdag, een Zaterdag of een Zondag valt, op Maandagavond daaropvolgend.

5. De derde vacantie begint op Woensdag voor Pasen na afloop van de schooltijd en eindigt op de avond van de eerste Maandag na de tweede Paasdag.

6. De vierde vacantie vangt aan na de schooltijd van de achtste Zaterdag voorafgaande aan de eerste Dinsdag in September en eindigt op de avond van de aan deze Dinsdag voorafgaande Maandag.

7. Bovendien worden vrijgegeven de Zaterdag voor en de Dinsdag na Pinksteren.