B

Artikel 1, eerste lid onder N wordt gelezen: kantonrechter te Boxmeer, Oostburg, Oud-Beijerland, Sommelsdijk, Steenwijk, Zierikzee en Zuidbroek;

C

In artikel 1, eerste lid onder W wordt in plaats van «griffier van een tot de eerste klasse behorend, niet onder G genoemd kantongerecht» gelezen: griffier van een kantongerecht, genoemd onder I en K;

D

Artikel 1, eerste lid onder X wordt gelezen: griffier van een kantongerecht als bedoeld onder M;

substituut-griffier van een onder H, I en K genoemd kantongerecht;

E

Artikel 1, eerste lid onder Y wordt gelezen: griffier van een onder M genoemd kantongerecht.

F

In artikel 3, derde lid, en in artikel 4, eerste lid, wordt in plaats van «griffier van een tot de eerste klasse behorend, elders gevestigd, kantongerecht» gelezen: griffier, als bedoeld in artikel 1, eerste lid onder W.

G

In artikel 4, eerste lid, eerste zin wordt in plaats van «klasse» gelezen: categorie.

H

In artikel 7, eerste lid, wordt na «ziektekostenvergoeding» een komma geplaatst en vervolgens ingevoegd: een vergoeding van reis- en verblijfkosten, een vergoeding van verplaatsingskosten.

ARTIKEL IV

De Wet van 3 april 1968 (Stb. 180) 4 , houdende regeling van de bezoldiging van de militair-rechterlijke ambtenaren, wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, tweede lid, wordt de punt achter de tweede zin vervangen door een puntkomma. Aan deze zin wordt de volgende zinsnede toegevoegd: bekleedt hij een andere functie als hoofdfunctie, op grond waarvan hij wordt bezoldigd ten laste van de openbare kas, en is het salaris uit hoofde van laatstbedoelde functie lager dan dat van president van een gerechtshof, dan geniet hij evenwel een aanvulling, gelijk aan het verschil van het salaris van een president van een gerechtshof en het salaris dat hij op grond van zijn hoofdfunctie ontvangt.

B

In artikel 7, eerste lid, wordt na «ziektekostenvergoeding» ingevoegd:

, een vergoeding van reis- en verblijfkosten, een vergoeding van verplaatsingskosten.