vinden voor het gemis aan octrooi, is de werkgever verplicht, hem een in verband met het geldelijk belang der uitvinding en met de omstandigheden, waaronder zij plaats had, billijk bedrag toe te leggen. Indien de werkgever en de uitvinder omtrent dat bedrag niet tot overeenstemming kunnen komen, kunnen zij zich schriftelijk wenden tot de Octrooiraad met het verzoek, dat het bedrag door deze worde vastgesteld. De Octrooiraad voldoet aan dat verzoek. Aan zijn met redenen omklede beslissing zijn partijen gehouden. Maken de werkgever en de uitvinder niet van deze bevoegdheid gebruik, dan is artikel 56 van toepassing. Elk vorderingsrecht van de uitvinder krachtens deze bepaling vervalt na verloop van drie jaren sedert de dagtekening van het octrooi. 3. Elk beding, waarbij van het in het vorige lid bepaalde wordt afgeweken, is nietig. Artikel 11. Indien een voortbrengsel of een werkwijze is uitgevonden door verscheidene personen, die volgens een afspraak te zamen hebben gewerkt, hebben zij gezamenlijk aanspraak op octrooi. Artikel 12. Vervallen. Artikel 12A. 1. Hij die de uitvinding heeft gedaan, waarvoor octrooi is gevraagd, doch op grond van artikel 10, eerste lid, of op grond van een overeenkomst, gesloten met de aanvrager of diens rechtsvoorgangers, geen aanspraak op octrooi kan doen gelden, heeft het recht in het octrooi als de uitvinder te worden vermeld. 2. Elk beding, waarbij van het vorige lid wordt afgeweken, is nietig.

HOOFDSTUK II

Wijze waarop octrooi wordt verleend

AFDELING I

De Octrooiraad en het Bureau voorde industriële eigendom

Artikel 13. De aanvragen om octrooi worden gericht tot, en octrooi wordt verleend door de Octrooiraad. Artikel 14. 1. Er is in Nederland een Bureau voor de industriële eigendom. Het bureau is een instelling van Nederland. Het dient, voor zoveel de octrooien betreft, voor het Koninkrijk als centrale bewaarplaats, als bedoeld in artikel 12 van het Unieverdrag tot bescherming van de industriële eigendom (Stb. 1948,1 539). De Octrooi maakt deel uit van het bureau. 2. De Octrooiraad wordt verdeeld in: a. een centrale afdeling; b. aanvraagafdelingen; c. afdelingen van beroep; d. bijzondere afdelingen. Een aanvraagafdeling of een bijzondere afdeling kan uit één lid bestaan. 3. De voorzitter, een of meer ondervoorzitters en de andere leden van de raad worden door Ons benoemd en ontslagen. Alvorens hun ambt te aanvaarden legt de Voorzitter in Onze handen, en leggen de leden in handen van de Voorzitter een belofte af, van welke de inhoud bij algemene maatregel van bestuur wordt vastgesteld. 4. De Voorzitter van de Octrooiraad is tevens Directeur van het bureau.