3. Op de hoogte van de uitkering is artikel 4, danwel artikel 8 van toepassing in die zin dat gerekend wordt vanaf het tijdstip waarop het ontslag is ingegaan. 4. Het recht op een uitkering krachtens dit besluit eindigt met ingang van de dag waarop betrokkene recht verkrijgt op een arbeidsongeschiktheidsuitkering, berekend naar een arbeidsongeschiktheid van 80% of meer.

Artikel 17

1. Betrokkene die ter zake van een ontslag wegens arbeidsongeschiktheid recht heeft op een arbeidsongeschiktheidsuitkering, berekend naar een arbeidsongeschiktheid van 80% of meer heeft recht op een uitkering krachtens dit besluit met ingang van de dag waarop de mate van arbeidsongeschiktheid op een lager percentage wordt gesteld dan 80%. 2. Ter bepaling van de duur en de hoogte van de uitkering krachtens dit besluit wordt uitgegaan van de datum op grond waarvan het recht op de arbeidsongeschiktheidsuitkering is ontstaan.

HOOFDSTUK 6. OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 18. Tegemoetkoming verhuiskosten

Aan betrokkene, die elders arbeid of bedrijf ter hand gaat nemen, kan ter zake van de kosten, die voor hem aan een daartoe nodige verhuizing zijn verbonden, op zijn aanvraag een tegemoetkoming worden toegekend tot ten hoogste het bedrag van een vergoeding volgens de normen van het Verplaatsingskostenbesluit burgerlijke ambtenaren defensie, onder verrekening van een tegemoetkoming in verhuiskosten uit andere hoofde.

Artikel 19. Afkoop

Op aanvraag van betrokkene kan het recht op de uitkering, al of niet direct aansluitend aan zijn ontslag, geheel of ten dele worden afgekocht.

Artikel 20

Indien het niveau van de uitkering van de WW een algemene neerwaartse wijziging ondergaat, wordt deze neerwaartse wijziging, behoudens indien in het sector overleg Defensie sociale partners anders overeenkomen binnen 6 maanden na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de maatregel is gepubliceerd, op overeenkomstige wijze ten aanzien van de WW-conforme uitkeringen en aanvullende uitkeringen doorgevoerd vanaf de in het Staatsblad vermelde datum van inwerkingtreding van bedoelde maatregel, doch niet eerder dan 6 maanden na de datum van uitgifte van het Staatsblad.

Artikel 21

Onze Minister kan ter uitvoering van de artikelen 2, 13, 14 en 19 nadere regels stellen.