wapensoorten oefenden , en jaarlijks om den prijs of het Koningschap schoten. Dat de grijze stad Delft vóór alle andere het bestaan van zoodanige Schutterijen kan aanwijzen, is eene onbetwistbare zaak , en te regt wordt dan ook, zoo wel in van Bleyswyck’s » Beschrijvinge » der Stadt Delft , bij Abnold Bon tot Delft, 1667 ,” als in die » door Verschelde Liefhebbers en Kenners n der Nederlandsche Oudheden bij Reinier Boitet te Delft in 1729 uitgegeven, opgemerkt: » dat , »terwijl men in andere steden van Holland en >. West-Vriesland eerst in 1440 begon met d’oeffc» ninge van de kruisboge , als ook van de handboge » bij der handt te nemen , uijt welke gezelschappen «naderhand onze tegenwoordige schutterijen geko» men zijn , dusdanige schutterijen in deze stad veel » eerder in gebruik zijn geweest, zoodat dan ook uit »de Ordonnantie van de Overheid, gegeven in « 1397, kenbaar wordt, dat het prinslijk Delft «met recht boven anderen op d’outheid dezer uit» spanningen mag roemen.” (1) Met den oorsprong der Schutterij , die dus binnen Delft minstens reeds inde veertiende eeuw (1) Bladz, 513 van laatstgenoemd werk. alwaar ook , even all in van Blkïswvck, de hier bedoelde «Ordonnantie op de « Schutterijen” in haar geheel is opgenomen.

144