Amsterdam demonstreert voor een f

betere welvaartspolitiek

Toen ik Donderdagavond met een Vroege groep iets voor ha!f negen in de R.A.I. aankwam, was de zaal misschien pas voor een kwart gevuld. We liepen wat heen en weer, zochten kennissen, groetten dezen, lachten naar gene en dachten aan alles behalve aan een demonstratie tegen de werkloosheid.

Toen muziek het binnenkomen van een nieuwe stoet aankondigde, trachtte ieder zich een goede kijkplaats te veroveren, zielsverheugd dat de gapende ruimte tenminste iets minder gapend zou worden.

Maar op hetzelfde ogenblik lichtten ook aan de andere kant vlaggen fel op, kwamen ook daar honderden de zaal in onder het zingen van strijdliederen.

En zo ging het nu door.

Groep na groep marcheerde op, de lucht daverde van muziek, van liederen, van vrijheidgeroep. Steeds kleiner werd de open ruimte. Steeds meer vielen andere gedachten van ons af, groeide het besef: wij demonstreren.

Men was niet meer de rondwandelende enkeling, maar men ging op in

die ontelbaren, die de zaal overstroomden. De sfeer van een massa-meeting doortrok een ieder of hij wilde of niet.

En boven deze woelende mensenmenigte, hoog op 't podium, stonden onwrikbaar twee jonge makkers met een vuurrode vlag.

Jong en sterk zijn, dat is een voorrecht voor het heden, een belofte voor de toekomst.

Maar zal de jeugd werkelijk de kracht bezitten, die vlag van het socialisme onbezoedeld hoog te houden? Of zal zij zich, te vroeg ontgoocheld en geknauwd, overgeven aan de o zo schoonschijnende leuzen van fascisme en communisme?

En de ouderen? Voor hoevelen stond niet, achter de cijfers en woorden van Kupers en Vorrink, steeds het hopeloze beeld van eigen lot! Misschien heeft, meer dan redevoeringen en motie, eenvoudig het samenzijn hun weer kracht en moed gegeven. Het weten, dat al die duizenden hun wil op hetzelfde hebben gericht als wij, dat ze op straat met ons meegezongen hebben, dat ze straks met ons vrijheid zullen roepen,

geeft het gevoel dat de actie toch moet lukken.

Hechte solidariteit — het is goed dat we ons het bestaan ervan telkens weer bewust worden, want grote waarden staan op het spel. Keek men nu om zich heen, dan zag men dat het er een was van hoofd- en van handarbeiders, van mannen en vrouwen, van werkenden en werklozen. Juist dat was de kracht van deze avond.

Buiten, in de koele avondlucht, die verkwikkend werkte op onze verhitte leden, keken we nog even naar het leegstromen van de zaal. En we kregen het gevoel, dat zelfs in 't buitenland zo n meeting geen slecht figuur zou hebben geslagen, laat staan in ons kleine rustige Holland. C. de B.

BORNBERICHTEN

Scholingsweek voor bestuursleden van 3-9 Mei 1938

Dinsdag kwamen 13 deelneemsters aan voor de scholingsweek uit alle delen van het land. Wat zal ons deze week brengen, vroegen de meesten zich enigszins bezorgd af. Na de algemene kennismaking werd door pge. E. Ribbius Peletier de indeling van het werk aan ons medegedeeld.

De methode volgens welke te werk wordt gegaan, geeft een nauwgezette opvolging van moeilijkheden, zodat men aan het einde der week tot de ontdekking komt, dat ieder bestuurslid, onverschillig of zij vroeger reeds vergaderingen geleid heeft, in staat zal zijn dit werk te doen, mits de nodige zelfstudie en zelfcontrole in acht wordt genomen.

Dit resultaat is mede te danken aan de uitstekende leiding, die ieder persoonlijk van een der leidsters genoot.

Allen hebben hard gewerkt, doch dagelijks was altijd even tijd voor een wandeling door de omliggende bossen. De schoonheid der omgeving met al haar jong ontluikend groen der verschillende bomen en planten, is buitengewoon heerlijk en mooi. Vol wijding werd het afscheid voorbereid. Allen zaten om het knappend haardvuur. E. Ribbius Peletier vertelde ons een mooi verhaal. Allen waren zo onder de indruk, dat niemand een woord zei, omdat geen woorden in staat waren om onze gevoelens uit te drukken. Toen Maandagmorgen pge. E. Ribbius Peletier het afscheidswoord sprak, werd velen de ontroering te sterk. Pge. A. Bennink—Bouwhuis bracht dank uit aan de bondssecretaresse en haar staf voor alles wat wij in deze week hebben geleerd en genoten. Handdrukken werden gewisseld en toen de bel ons uitluidde, dachten wij allen aan het schone dat voorbij was, maar vinden tevens de kracht en moed om voort te gaan, het socialisme tegemoet.

Voor alle deelneemsters:

J. Z WA AG—GROEN.