Don Carlos (Frits van Dijk) en koning Philips II (Albert van Dalsum).

sen werden er verdeeld in twee categoriën: goede en slechte, en de eersten zegevierden steeds .over de laatsten. De zeer onwaarschijnlijke avonturen beleefden we feller en dieper dan de gebeurtenissen in ons eigen leven. Deze gelukkige uren hebben we nog eens beleefd tijdens het aanschouwen van „Robin Hood". Weer zijn we ademloos geboeid geweest door de fantastische verrichtingen van een held, die de rijken bestal om de armen en verdrukten te kunnen helpen, die alle ridderlijke plichten op de meest innemende wijze nakwam. En aan het einde slaakt men een zucht, deels van verlichting om de goede afloop, deels van teleurstelling, omdat het einde reeds daar is.

De regisseurs William Keighley en Michael Curtiz, beseffend de gevaren van de kleurenfilm, hebben deze geschiedenis uit de Middeleeuwen licht en speels gehouden. In Errol Flynn vonden zij de ideale vertolker van de hoofdrol: de alles-durvende, -kunnende, -veroverende Robin Hood, de elegante, stoutmoedige, charmante ridder, die trouw aan zijn koning en dood aan den verrader heeft gezworen. Claude Rains stond als de sluwe, onbetrouwbare Prins John tegenover hem. Deze avonturen-geschiedenis is meeslepend door de vaart en de vele onverwachte wendingen van het goed-vertelde romantische verhaal.

VISIE.

TONEEL

„Het Nederlandsch Tooneel", Directie Cor van der Lugt Melsert, Don Carlos, drama van Friedrich von Schiller.

In Amsterdam ging de eerste voorstelling op 5 November.

Schiller, die zelf in de 2e helft der 18e eeuw leefde, verplaatst ons met dit treurspel in 1567.

Philips II, ons zo bekend uit de 80jarige oorlog, neemt z'n maatregelen om de „ketterij" in de Nederlanden te straffen. Zijn zoon Carlos wenst hiertoe als bevelhebber te worden aangewezen, om vooral als begrijpend mens daar te kunnen optreden. Evenwel, koning Philips, de fanatieke katholiek, zendt Alva

Ongetwijfeld is Schiller's hoofdgedachte in dit stuk die van de vrijheid geweest. Vrijheid van de geest, vrijheid van denken! Zijn Don Carlos, de hartstochtelijke, onevenwichtige koningszoon is slechts de figuur, die hij voor het romantische gedeelte nodig had, n.1. voor zijn gevoelens tegenover de jonge koningin. Don Carlos' idealen omtrent den vrijen mens zijn daartoe al te zeer verbonden met zijn verboden liefde, dan dat hij deze vrijheidsidee zuiver kan zien. Het is zijn vriend, de markies van Posa, uit wiens mond wij de grootse perspectieven vernemen, voor welker vervulling, zoals hij zegt, eerst latere eeuwen rijp zullen zijn. Van hem vernemen wij Schiller's vrijheidsidealen.

Goed op zijn plaats is dit stuk in deze

tijd. Het ging in 1567 om de strijd tegen de hervorming, die de vrijheid van geweten erkent tegenover de oppermachtige geestelijkheid, tegenover de inquisitie, welke dwingt tot geloof op straffe van de brandstapel. Misschien zou dit stuk 10 jaar geleden door het publiek slechts als een geschiedkundige herinnering zijn beschouwd. Nu echter in 1938, komt deze gewetensonderdrukking, deze ontkenning van de vrijheid van gedachten ons weer als iets moderns voor.

Ook daarom zullen velen „Don Carlos" willen zien. De afwisselende decors in de vele korte tonelen (van Jacques Snoek), die door muziek van Arn. Juda werden afgewisseld, waren goed in stijl. Een enkel woord over de spelers Van Dalsum, als Philips II, de dweepzieke vorst uit een reeds gedege-

Dames-wintermantel Maat 40

(Op verzoek)

Bovenwijdte 88 c.m. Heupwijdte 98 c.m. op 20 c.m. onder de taille. Mantellengte 120 c.m. Mouwlengte 44 c.m. voornaad.

Voor deze mantel, die gemaakt wordt van Engelse stof, velours of fantasiestof, heeft men 2.775 meter stof van 130 c.m. breed en 3 meter voering van 80 h 90 c.m. breed nodig.

nereerd geslacht, maakte een soms beklemmende indruk; hij gaf 'n bewonderenswaardige herschepping. Terwijl Frits van Dijk, als Don Carlos, dezen prins in al zijn verwarde hartstochtelijkheid eveneens uitbeeldde, zoals een jonger lid van datzelfde geslacht ktai geweest zijn. Wij laten 't bij deze twee hoofdpersonen, al was Posa (Jacques de Haas) zeker niet minder goed. Men ga dit boeiende drama zien — het doet ons de 16e eeuw maar ook onze eigen tijd beter begrijpen. 6 November

AUDITOR.

CORRESPONDENTIE

Joh. D. W. Uw stukje kwam veel te laat voor het 2 November-nummer. Veel blijft liggen, o.a. Handenarbeid XV.

Het voorpand van de voering wordt aaneen geknipt, dus zonder apart zijpand. De figuurplooi wordt dan met de flanelstuk gehecht. Bij het rugpand knipt men m-achter een 2 a 3 c.m. diepe plooi, anders trekt de voering. Deze plooi wordt alleen ingestreken.

Het voor-zijpand van stof wordt geknipt volgens het patroon. Bovendien knipt men nog de zakjes, die alleen van boven afgewerkt behoeven te worden omdat de rest tussen de naad van het voorpand uitkomt.

Men kan de zakjes ook passepoileren,

KLEDING EN HANDWERKJES