KINDEREN IN HET DERDE RIJK

Het „Joodse" karakter

De gebeurtenissen van de Novembergruwelen in Duitsland hebben bij zeer velen, vervuld van diepe afschuw, de wens om te helpen te voorschijn geroepen. En natuurlijk gaat deze bereidheid om te helpen allereerst naar hen uit, die het meest worden bedreigd, juist door hun volkomen hulpeloosheid — naar de kinderen.

De uitwerking van de tegenwoordige barbaarse vormen van antisemitisme op de kindersieZ en op het lot der kinderen, is haast niet te overzien.

Het zou geheel onjuist zijn om te menen, dat alleen Joodse kinderen worden bedreigd en in gevaar zijn. De goede ontwikkeling van de arische kinderen

van het Derde Rijk is — zo tenminste nog mogelijk — veel meer in gevaar dan dit het geval is bij de Joodse kinderen.

Ook is het een vergissing om te menen, dat het anti-semitisme nü eerst, met de heerschappij van het nationaalsocialisme, de ontwikkeling der Joodse kinderen heeft beïnvloed. Reeds vóór dien werden de kinder- en jeugdjaren van de opgroeiende Joden door antisemitische ervaringen versomberd.

De tegenwoordige generatie van volwassenen kan heel wat vertellen van spotliedjes, die op straat gezongen worden, van hatelijke woorden van kameraadjes, van onaangename dingen op school, van de afkerige houding bij clubjes en groepjes, ook in de omgang van de kinderen onder elkaar, en tenslotte van de moeilijkheden om een beroep te kiezen. Dat is alles lang vóór Hitler's regering gebeurd.

Zeker, dit voor-Hitlerse anti-semitisme was nog zonder geweld, maar daaren¬

tegen hield het nooit op, was het er steeds. Ontwijfelbaar heeft een zo voortdurend werkende kracht op het karakter der aankomende jongens en meisjes tenslotte een stempel gedrukt.

En toch — hoe onschuldig, hoe goedmoedig schijnt dit voor-Hitlerse antisemitisme nu tegenover de tegenwoordige vormen. Toen was het een zaak van overlevering, die haast zonder er bij te denken en die daarom zonder hartstocht z'n gang ging. Ieder systeem ontbrak ook. Het hing ook zeer van de streek af; ook van de tijd. Soms was er weinig van anti-semitisme te bespeuren, soms zelfs bijna in het geheel niets.

Het voor-Hitlerse anti-semitisme kon door de kinderen als gewone plagerij worden opgevat. Waren er ook geen spotliedjes op kinderen, die rood haar hadden, en op al te mooi-geklede kinderen, en op vreemdelingen, die er anders uitzagen, zelfs op geestelijke heren!

En wat voor het kinderlijke bewustzijn misschien van nog grotere betekenis is geweest, — tegen het voor-Hitlerse anti-semitisme stond een beschermende macht. Geen onderwijzer, van zijn verantwoordelijkheid bewust, duldde antisemitisme, en op straat werden erge uitingen evenmin geduld: de jeugdige anti-semieten wisten, dat er dan onaangename dingen voor henzelf dreigden. Zolang het zonder systeem gebeurde, kon elk kind het anti-semitisme uit de weg gaan en zijn gekwetste gevoelens helen in een omgeving, die nog niet verontreinigd was.

Het eigenlijke kenmerk van het antisemitisme in het Derde Rijk, waardoor het zich onderscheidt van z'n voorgangers, is zijn onverbiddelijke stelselmatigheid. Toch wordt er nog Waarde aan de schijn gehecht en men verklaart, dat anti-semitische daden uitingen zijn van massa-instincten, van rechtvaardige opvlamming der volkswoede. In werkelijkheid verbergen die z.g. spontane uitingen het klapperende skelet van de strakke, bewuste, centrale organisatie, die ze in elkaar zette, omdat ze voor

haar doel dienstig was. Nergens kan daar de volwassen Jood, en nog veel minder het hulpeloze kind het antisemitisme ontlopen. Hij staat tegen een tezamengetrokken aanval, een programpunt van de nationaal-sociailisten: „Juda verrecke".

De „Joodse" eigenschappen, het „Joodse karakter", dat nu in Duitsland tot de dood toe wordt aangevallen, ?ijn reeds vóór Hitler's tijd ontstaan en gevormd — het Joodse kind is er reeds van jongsaf door beïnvloed.

Tegenover afkeer, onrechtvaardigheid en spot bestaan drie mogelijkheden van reactie. Of men omgeeft zich met een pantser van verhoogde zelfbewustheid en beschermt door zelfoverschatting zijn ziel voor aanvallen, maar plaatst zich daardoor in een vereenzaamde en een voor zichzelf niet ongevaarlijke positie. Of men doet z'n best alle moeilijkheden uit de weg te gaan, maar neemt daardoor in het leven een gebukte houding aan, als ware men minder dan een ander. Of men gaat niets uit de weg en staat hulpeloos tegenover de vijandelijke gebeurtenissen, men geeft zich weerloos over aan de pijlen van haat en van hoon, om er tenslotte naar ziel en lichaam aan*ten gronde te gaan.

Deze drie mogelijkheden, waarop Joden reageren op antisemitisme, deden drie soorten persoonlijkheden ontstaan, die in antisemitische kringen worden aangegeven als de „aangeboren" Joodse karaktertypen. Echter zijn deze slechts te beschouwen als gevolgen van de vergiftigde atmosfeer van haat, die reeds het Joodse kind heeft aangetast Daarover spreek ik een volgende keer.

ANNA VAN F.

Hinderlijke d rukfouf

Onder het artikel over de teruggekeerden uit Spanje vindt men een hinderlijke drukfout. De datum moest zijn:

18 DECEMBER.

VRAAG

Wie kan een werkloos gezin aan een kinderwagen helpen? Liefst vouwwagen. Zich te wenden tot pge BroersDe Wit, Jacob v. Lennepstraat 286, le étage, Amsterdam-West.

„Vrijheid betekent: verantwoordelijkheid.

Daarom vrezen de meeste mensen de vrijheid", zegt B. Shaw

„Daarom begeren zoveel vrouwen de vrijheid niet", moeten wij er helaas aan toegeven