VOOR DE HUISVROUW

DE HOOIKIST.

Er is me vanuit Friesland ter ore gekomen een wens omtrent de hooikist en zijn verzorging. Daar houd ik graag een praatje over, want de hooikist is mij zeer dierbaar om zijn voortreffelijke eigenschappen. Het is hopeloos verkeerd de hooikist als een mobilisatie-voorwerp te beschouwen en alleen te gebruiken in tijden van nood. In iedere welvoorziene

keuken hoort hij een plaatsje te hebben, omdat de voordelen zijn:

le. besparing van brandstof;

2e. besparing van tijd en moeite;

3. besparing van pannen (geen aanbranden of zwart worden);

4e. weinig kans van over koken en stuk koken;

5e. geen brandgevaar;

6e. in de hooikist kunnen spijzen warm of koel (ijs voor zieken) gehouden worden;

7e. in de hooikist kunnen verschillende spijzen gaar gekookt worden.

Deze zeven schone deugden maken de hooikist zeker de moeite waard om er zijn aandacht eens aan te besteden en het er eens mee te proberen.

Hoe maken we een hooikist?

Vroeger nam men inderdaad een kist, vulde die op met hooi, maakte er een of twee gaten in voor de pannen en bekleedde het geval van binnen met katoen of molton.

Tegenwoordig maken wij voor het gebruik een wat handiger voorwerp. Men stikt van een lap fleurig katoen (Brabants bont cretonne of een oude jurk) twee zakken.

De bodem van de eerste zak is een rond vlak met een middellijn van 30 c.M. daaraan zetten we „de wand" van 30 c.M. lengte. Aan de bovenkant maken we een zoom van drie c.M., waardoor een band gehaald wordt. De binnenzak maken we met een bodem van 26 c.M. middellijn en een wand van 25 c.M. lengte.

Nu vullen we bodem en wanden op met dubbel gevouwen kranten; ongeveer vijf stuks op elkaar (één krant in de lentge drie maal dubbel vouwen en dan rond in de zak leggen tegen de wand aan). De binnenzak er nu inplaatsen en vast zomen tegen de zoom van de eerste zak.

Nu zorgen we nog voor een rond kussentje onder en boven de pan. Zo kunnen we de pan aan alle zijden lekker instoppen en tot slot de buitenste zak dicht trekken.

Men kan ook een mand nemen. Hierin een oude lap plooien (b.v een oud laken) dan opvullen met kranten en de binnenzak er in vast naaien.

Men kan zelfs een oude zinken emmer opvullen met kranten, een katoenen lap aan alle kanten om de kranten heen stoppen en een groot rond kussen maken, dat de hele zaak afdekt.

Nu eerst nog een gebruiksaanwijzing:

le. Zorg dat de pan zoveel mogelijk met de spijs gevuld is;

2e. neem een pan, die past, vul anders de overgebleven ruimte met papier op;

3e. kook spijzen één zesde van de gewone kooktijd voor;

4e. zet ze zo snel mogelijk in de kist, zodat zo min mogelijk warmte verloren gaat;

5e. kijk er onder de bereiding niet naar;

6e. laat de spijzen twee maal de kooktijd staan;

7e. neem iets minder vloeistof dan bij de gewone bereiding;

8e. gebruik de hooikist liefst voor spijzen die in veel vloeistof gaar moeten worden (soepen, pap, rijst en derg.).

Alle gerechten kan men in de hooikist goed warm houden. E. J. BRUINS.

Op Woensdag 10 Mei, precies half drie, zal mevr. A. v. d. Goes v. Naters— v. d. Plaats in het V.A.R.A.-Vrouwenhalfuurtje spreken over „Zomertijd".

INGEZONDEN

ESPERANTO

Even wil ik u mededelen, dat de nieuwe Esperanto-lessen bestudeerd worden in „alle" hoekjes van Nederland!

Ik moet wel eens lange brieven met vragen beantwoorden, maar het is prettig te weten, dat de lessen op deze manier dienst doen. Wijdenes m. v. essen

te W. Na een bezoek aan een der nabuncie dorDen kom ïk 's avonds mpt de

trein langs enkele kleine stationnetjes. Meestal is het er erg stil op Zondagavond. Nu staan er vrouwen en veel kinderen, er zijn soldaten, die teruggaan, na verlof. Met een eenvoudig handgebaar wuiven zij vrouw en kinderen vaarwel toe. De kleintjes geven vader geen afscheidskus, de vrouw geeft haar man zelfs geen hand. Maar de gezichten der vrouwen zijn wit, de ogen dof. Een zéér jonge vrouw wordt het toch te machtig, zó haar man te laten gaan. Op het laatste ogenblik grijpt zij met een innig en hartstochtelijk gebaar de hand van haar man. Beide handen dragen een gloednieuwe trouwring. De trein vertrekt! Het laatste wat we zien zijn kleine wuivende handjes!

De soldaten nemen met drukke gebaren hun plaatsen in, maar dit vertoon is% niet echt, er zijn trillende lippen en vele zweetdruppels ...

Ik word afgehaald door m'n 18-jarigen oudsten zoon. Hij is al goedgekeurd voor de militaire dienst! Wij praten niet over de vertrekkende soldaten, beiden zijn we stil. Op z'n jonge gezicht is een ernstige trek. Als wij 's avonds met ons hele gezin aan tafel zitten zegt hij plotseling: „wat is het fijn, dat we nog allemaal samen zijn!" Ik kan er niets op terugzeggen, maar ik weet, dat wij beiden denken aan kleine wuivende kinderhandjes. En ook dat m'n jongen en ik, gesterkt zijn om ondanks alles, vast te blijven houden aan het Geloof, dat het eens voor ons allen goed zal worden.