Uit de geschiedenis der eerste jaren van de opkomst van het kapitalisme zijn voorbeelden bekend van onmatig lange arbeidstijden en ■gruwelijken kinderarbeid. Als de nood te hoog qestegen was en het volk in opstand kwam, dan kwamen vaak zulke ten hemelschreiende toestanden van ellende en gebrek op allerlei gebied aan het licht, dat een kreet van afschuw tegen een dergelijk stelsel alom opging.

Het kapitalistische winstbejag was er steeds op uit de winsten zoo groot mogelijk te maken door verhooging der productie en vermindering van het arbeidsloon. Het gevolg daarvan was, dat de arbeidersklasse steeds meer ten prooi werd aan toenemende ontaarding en ellende, die slechts beperkt werden door de natuurlijke grenzen van menschelijke ontbering en door de eischen van het kapitalistische belang zey* Immers, dit belang bracht met zich, dat de loonen nimmer mochten dalen tot een peil, waarbij de arbeiders van honger zouden omkomen. Intusschen leefden duizenden en nog

eens duizenden mannen, vrouwen en Kinaere 1 op de uiterste grens van dit peil.

Hierbij kwam nog, dat iedere bezitter baas was in eigen huis en naar eigen goedvinden zijn onderneming kon beheeren, zonder rekening te houden met wat anderen produceerden. Hun doel was winst en nog eens winst te maken. De onderlinge concurrentie tusschen deze afzonderlijke ondernemers leidde tot een steeds hooger opschroeven van de productie. Zonder kennis van de aanwezige voorraden, met verwaarloozing van de vraag van afzetmogelijkheid of van behoefte, werd maar steeds meer geproduceerd. Daarnaast verminderde de koopkracht van de groote massa der consumenten, zoodat deze vaak niet eens in haar meest dringende behoefte kon voorzien. Deze wijze van produceeren veroorzaakte herhaaldelijk crises. Dan heette het, dat er te veel was geproduceerd, terwijl duizenden gebrek hadden aan de allereerste levensbenoodigdheden. Fabrieken werden geheel of gedeeltelijk gesloten, de arbeiders werden werkloos en de

nood steeg ten top.

Deze telkens weerkeerende crises onder het kapitalisme wekten verzet bij de arbeidersklasse, die zich organiseerde in vakvereemgingen en op politiek gebied. Dank zij het optreden dezer organisaties is reeds veel voor de arbeidersklasse bereikt. Maar de heerschende klasse komt slechts noodgedwongen aan haar eischen tegemoet. Dit bracht de arbeidersklasse meer en meer tot het besef, dat zij het kapitalisme als stelsel — dus niet de kapitalisten als personen — moest bestrijden en daarvoor in de plaats moest stellen een betere productiewijze, maatschappelijk geregeld, niet om winst te behalen, doch uitsluitend gebaseerd op de

behoefte. De voortbrengingsmiddelen mogen niet langer in handen van enkelen zijn, doch behooren aan de gemeenschap. Hierdoor worden de klassen- en belangentegenstellingen opgeheven en zal dus de klassenstrijd een einde

genomen hebben.

Het proletariaat kan den tegenstand der kapitalistische klasse tegen de overbrenging der bedrijfsmiddelen van particulier in maatschappelijk bezit slechts breken door verovering van de politieke macht. Voor dit doel hebben zich over de geheele wereld de arbeiders, die tot bewustzijn van hun taak in de klassenstrijd zijn gekomen, vereenigd.

De Sociaal-Democratische Arbeiderspartij in Nederland stelt zich ten doel het Nederlandsche proletariaat te organiseeren in een zelfstandige politieke partij ter deelneming aan dien internationalen strijd der arbeidersklasse. Zij streeft naar eenheid van den proletarischen klassenstrijd en ondersteunt zooveel mogelijk alle economische of politieke beweging der arbeiders ter verkrijging van betere levensvoorwaarden zoodanig, dat daardoor hun klassebewustzijn en hun macht tegenover de bezittende klasse worden versterkt.

Om dit doel te bereiken stelde zij positieve eischen op, zooals verbod van kinderarbeid en van nachtarbeid, bescherming van de arbeidende vrouw en van jeugdige personen, veiligheidsmaatregelen in de fabriek, regeling van het arbeidscontract, wettelijke verkorting van den arbeidstijd ook voor de mannen, verzekering van den arbeider tegen de geldelijke gevolgen van ongevallen en invaliditeit, ziekte- en werkloosheidsverzekering, ouderdomspensioen, enz. Daarnaast vroegen onderwerpen als militarisme, belastingpolitiek, onderwijs, rechtspraak, gemeentelijk beheer, armenzorg, openbare gezondheid, volkshuisvesting e.d. de aandacht.

V.of \x7prkpn van de o.D.A.r\ en

I_ycnijv 1.11

onder drang der groeiende arbeidsbeweging, is in de laatste veertig jaar reeds veel op verschillende dezer gebieden tot stand gekomen. Veel blijft echter nog te veroveren. Wij noemen slechts afschaffing van alle wetten, die de vrouw politiek en economisch in ongunstiger positie plaatsen dan den man (o.a. de huwelijkswetten); verhooging van den wettehjken leerplicht; verbetering van het onderwijs voor het volkskind; krachtige bevordering van de vredesgedachte e.d. Zoolang het systeem niet is gewijzigd, zoolang niet de voornaamste voortbrengingsmiddelen in handen van e gemeenschap zijn overgegaan, zal er geen einde zijn gekomen aan de klassen- en belangentegenstellingen, die het meerendeel der menschheid houdt in zijn afhankelijke positie van economisch verdrukten. Het socialisme zal pas dan tot volle ontplooiing kunnen komen, indien